NL
102
uitzendt. Andere metaaldetectoren genereren
ook elektromagnetische velden. Houd tijdens
het gebruik minstens 6 m afstand tussen
metaaldetectoren.
PROBLEMATISCHE
BODEMGESTELDHEID
De gevoeligheidsinstelling kan ook worden
gebruikt om het aantal valse signalen
bij moeilijke bodemomstandigheden te
verminderen. De detector heeft een speciaal
circuit om interferentie door mineralen in de
bodem te verminderen, maar deze voorziening
kan het risico van valse signalen niet volledig
uitsluiten. Zeer magnetische grond, zoals die in
bergachtig terrein kan voorkomen, kan ertoe
leiden dat de detector een signaal geeft ook
als er geen metalen voorwerpen in de buurt
zijn. Zeer zoute gronden en zand kunnen soms
valse signalen veroorzaken. Stel een lagere
gevoeligheid in als de detector valse, niet-
herhaalbare signalen uitzendt.
MEER DOELEN
Als u vermoedt dat er zich diepere doelen
onder een ondieper doel bevinden, kunt u de
gevoeligheid verminderen om detectie van
de diepere doelen te elimineren. Dit maakt
het gemakkelijker om het meer oppervlakkige
doelwit te lokaliseren en te identificeren.
OPPERVLAKTE-ELIMINATIE
Druk op SURF ELIM om oppervlakte-eliminatie
in/uit te schakelen. Oppervlakte-eliminatie
kan alleen in de bewegingsmodus worden
gebruikt. Oppervlakte-eliminatie kan de
nauwkeurigheid van de detector verbeteren
op plaatsen met grote hoeveelheden
metaalschroot. De functie elimineert het
signaal van metaalschroot in de bodemlaag
en brengt het signaal van grotere doelwitten
in evenwicht. In deze modus is de gevoeligheid
van de detector echter lager.
en treklipjes worden geëlimineerd. Het
DISC/NOTCH-bereik (niet instelbaar) toont
het huidige doelidentificatiebereik en de
vermoedelijke aard van het gedetecteerde
object wordt aangegeven door de pijlen
bovenaan op het display. SENSITIVITY geeft het
huidige gevoeligheidsniveau aan. De diepte-
indicatie geeft de vermoedelijke diepte van het
doel aan.
GEVOELIGHEIDSINSTELLING
Gevoeligheidsinstelling in de modus DISC,
NOTCH en AUTO-NOTCH
Druk op ADJUST om naar de
gevoeligheidsinstelling te gaan. Rechtsonder
op het display verschijnt SENSITIVITY. Druk
op de pijl omhoog om de gevoeligheid
te verhogen of op de pijl omlaag om de
gevoeligheid te verlagen.
LET OP!
De gevoeligheid kan niet worden aangepast
in de modus ALL METAL.
ELEKTROMAGNETISCHE
INTERFERENTIE
De gevoeligheidsinstelling is ontwikkeld om
elektromagnetische interferentie te elimineren.
De metaaldetector is zeer gevoelig. De
zoekspoel creëert een magnetisch veld en
werkt als een antenne. Indien de detector
onregelmatige geluidssignalen afgeeft
wanneer de zoekspoel stil wordt gehouden,
detecteert de detector vermoedelijk een ander
elektromagnetisch veld. Veel voorkomende
bronnen van elektromagnetische interferentie
zijn elektriciteitsleidingen (zowel bovengronds
als ondergronds), motoren en elektrische
apparatuur zoals computers en magnetrons.
Bepaalde elektrische voorzieningen, zoals
dimmers voor huishoudelijke verlichting,
veroorzaken krachtige elektromagnetische
interferentie en kunnen ertoe leiden dat
de detector onregelmatige geluidssignalen
Summary of Contents for 002-163
Page 4: ...1 2 3 4...
Page 5: ...5 6 8 7 1 2 3 4 5 2 3 4 5 1...
Page 6: ...9 11 13 10 12 1 4 5 6 3 2...