Nederlands
23
hoogd van "SOFT" tot "HARD". Om de werkdruk te
wijzigen, de hendel van het handspuitpistool losla-
ten en de straalbuis in de gewenste stand draaien.
Als de straalbuis helemaal in de richting van SOFT
is gedraaid, kan reinigingsmiddel worden bijgevuld.
22
**Tuinslang met gangbare koppeling
–
Vezelversterkt
–
Diameter minstens 1/2 inch (13 mm)
–
Lengte minstens 7,5 m
** tevens vereist
Montage
Afbeeldingen, zie pagina met grafieken
De meegeleverde schroeven en de bijbehorende
schroevendraaier klaarleggen.
Vóór de inbedrijfstelling de los meegeleverde onderde-
len op het apparaat monteren.
Reinigingsmiddelreservoir monteren
1. Het vrije uiteinde van het reinigingsmiddelslang van
onder het apparaat halen.
2. Het deksel aan het vrije uiteinde van de reinigings-
middelslang op de opening van het reinigingsmid-
delreservoir plaatsen.
Afbeelding B
3. De reinigingsmiddelslang door het deksel tot de bo-
dem van het reinigingsmiddelreservoir schuiven.
4. Het reinigingsmiddelreservoir bevestigen.
Afbeelding C
Transportgreep met plaat monteren
1. De plaat op het bovenste deel van de transport-
greep bevestigen.
Afbeelding D
2. Het bovenste en onderste deel van de transport-
greep met elkaar verbinden.
Afbeelding E
Inbedrijfstelling
1. Het apparaat op een vlakke ondergrond zetten.
2. De hogedrukslang in het hogedrukpistool steken tot
deze hoorbaar vastklikt.
Instructie
Op de juiste positionering van de nippel letten.
Afbeelding F
3. Controleren of de verbinding goed vastzit door aan
de hogedrukslang te trekken.
4. De hogedrukslang in de snelkoppeling steken tot
deze hoorbaar vastklikt.
Instructie
Op de juiste positionering van de nippel letten.
Afbeelding G
5. Controleren of de verbinding goed vastzit door aan
de hogedrukslang te trekken.
6. Het oliepeil controleren en evt. olie bijvullen (zie
Ori-
ginele gebruiksaanwijzing van de motor
).
Afbeelding H
7. De brandstoftank vullen (zie
Originele gebruiksaan-
wijzing van de motor
).
Afbeelding I
Watertoevoer
Aansluitwaarden, zie typeplaatje of hoofdstuk Techni-
sche gegevens.
Voorschriften van het waterbedrijf in acht nemen.
LET OP
Schade door verontreinigd water
Verontreinigingen in het water kunnen beschadigingen
aan de pomp en het toebehoren veroorzaken.
Ter bescherming adviseert KÄRCHER het KÄRCHER-
waterfilter (bijzondere toebehoren, bestelnummer
4.730-059) te gebruiken.
Aansluiting op de waterleiding
LET OP
Beschadiging van de pomp
Een slangkoppeling aan de tuinslang van metaal met
aquastop kan beschadiging van de pomp veroorzaken.
Gebruik een slangkoppeling van kunststof of een KÄR-
CHER-slangkoppeling van messing.
1. De tuinslang op de koppeling voor de wateraanslui-
ting plaatsen.
Afbeelding J
2. De tuinslang op de waterleiding aansluiten.
3. De waterkraan volledig opendraaien.
Water uit open reservoirs aanzuigen
Deze hogedrukreiniger is in combinatie met de KÄR-
CHER-zuigslang met terugslagklep (bijzondere toebe-
horen, bestelnr. 2.643-100) en de adapter (bijzondere
toebehoren, bestelnr. 5.443-479.0) geschikt voor het
aanzuigen van oppervlaktewater, bijvoorbeeld uit re-
gentonnen of vijvers (maximale aanzuighoogte, zie
hoofdstuk Technische gegevens).
Bij de zuigwerking is de koppeling voor de wateraanslui-
ting niet nodig.
1. De zuigslang met water vullen.
2. De zuigslang op de wateraansluiting van het appa-
raat schroeven en in een waterbron (bijvoorbeeld
een regenton) hangen.
Apparaat ontluchten
1. De apparaatschakelaar op "I/ON" zetten.
2. De motor starten (zie
Originele gebruiksaanwijzing
van de motor
).
De motor en de hogedrukpomp worden ingescha-
keld.
3. De hendel van het hogedrukpistool ontgrendelen.
4. De hendel van het hogedrukpistool indrukken.
5. Het apparaat maximaal 2 minuten laten draaien tot
het water zonder bellen uit het hogedrukpistool
komt.
6. De hendel van het hogedrukpistool loslaten.
7. De hendel van het hogedrukpistool vergrendelen.
Werking
LET OP
Droogloop van de pomp
Beschadiging van het apparaat
Als het apparaat binnen 2 minuten geen druk opbouwt,
schakelt u het apparaat uit en gaat u te werk volgens de
instructies in het hoofdstuk Hulp bij storingen.
Werking met hoge druk
LET OP
Beschadiging van gelakte of gevoelige oppervlak-
ken
Oppervlakken raken beschadigd bij een te kleine straal-
afstand of door de keuze van een ongeschikte straal-
buis.
Houd bij de reiniging van gelakte oppervlakken een
straalafstand van minstens 30 cm aan.
Reinig autobanden, lak of gevoelige oppervlakken zoals
hout niet met de vuilfrees.
Summary of Contents for G 7.180
Page 2: ...1 2 3 5 4 6 7 8 9 10 11 12 13 14 16 15 17 18 19 20 21 22 A...
Page 3: ...B C D E F G H I J a b K L M...
Page 55: ...55 4 50 C 2 3 4 5 0 OFF 1 2 3 30 4 5 6 7 0 OFF 1 1 2 3 1 L 2 3 4 5 1 M 2 1 2 3 4 5 1 2 1 3...
Page 64: ...64 1 2 1 30 1 50 C 2 3 4 5 0 OFF 1 2 3 30 4 5 6 7 0 OFF 1 1 2 3 1 L 2 3 4 5 1 M 2 1 2 3...
Page 122: ...122 1 2 3 30 4 5 6 7 0 OFF 1 1 2 3 1 L 2 3 4 5 1 M 2 1 2 3 4 5 1 2 1 3 4...
Page 124: ...124 49 7195 14 2212 01 01 2019...
Page 125: ...125...