42
NE
VERHELPEN VAN STORINGEN (vervolg)
Als
v
De printer staat in de DV ingangsfunctie.
m
Druk op de INPUT SELECT toets om het DV
lampje op te doen lichten.
v
De kabel is goed aangesloten.
m
Controleer of alle aansluitingen goed gemaakt zijn.
v
Er wel een beeld op de DV band staat.
m
Gebruik een band waar wat op staat.
v
De camcorder staat in de Stilbeeld functie.
m
wanneer u een beeld wilt overbrengen van de
camcorder naar de printer via de DV aansluiting,
moet u de camcorder in de Stilbeeld functie zetten.
m
Druk nog eens op de MEMORY toets om het beeld
te stabiliseren nadat het beeld is overgebracht naar
de printer.
v
De printer staat in de IrDA (INFRARED)
ingangsfunctie.
m
Druk op de INPUT SELECT toets om het IrDA
(IrTran-P) lampje op te doen lichten.
v
Beeld-gegevens worden uitgewisseld op de juiste
afstand en onder de juiste hoek.
m
Richt de zender op de IrDA (IrTran-P) sensor van
de printer. Houd de zender binnen een afstand van
ongeveer 50 cm. Afhankelijk van de gebruikte
apparaten kan het overseinen van de gegevens
moeilijk zijn wanneer de apparaten te dicht bij of
te ver weg staan.
v
De TV goed is aangesloten op de printer met een
videokabel.
m
Sluit de TV op de printer aan met een videokabel
zodat u het beeld op het scherm kunt volgen.
v
Het Menuscherm wordt getoond.
m
Druk op MENU om het Menuscherm te verlaten.
v
Afhankelijk van het opgeslagen beeld, kan dit te
helder lijken op het TV scherm. De afdrukken
zullen echter normaal zijn.
Zie
bladzijde
Controleer of
Er kunnen geen
beeld-gegevens
worden uitgewisseld
via de DV-
aansluiting
Het beeld is wazig
wanneer er van een
camcorder via de
DV-aansluiting
afgedrukt wordt.
Er kunnen geen
beeld-gegevens
worden uitgewisseld
via de IrDA (IrTran-
P) infra-rood
communicatie.
Er verschijnt geen
beeld op het TV
scherm wanneer de
DV-aansluiting
wordt gebruikt.
De printer status
aanduiding wordt
niet op het TV
scherm getoond.
Het opgeslagen
beeld ziet er op het
scherm te helder uit.
14
16
16
15
18
14
8
—