39
40
van de wandelwagen.
!
Zorg ervoor dat de wandelwagen volledig geopend of dichtgevouwen is voordat
u uw kind in de buurt laat komen.
!
Om voor de veiligheid van uw kind te zorgen, moet u ervoor zorgen dat alle on-
derdelen goed zijn gemonteerd en vastgezet voordat u de wandelwagen gebruikt.
!
Om verstikking te voorkomen, moet u er voor zorgen dat uw kind niet door de
kap wordt bedekt.
!
Gebruik altijd de remmen bij het parkeren van de wandelwagen.
!
Gebruik de wandelwagen niet meer als deze is beschadigd of kapot is.
!
De wandelwagen mag alleen met een loopsnelheid gebruikt worden. Dit product
is niet bedoeld voor gebruik tijdens het joggen.
!
Om verstikking te voorkomen, moet u de plastic zak en verpakkingsmaterialen
verwijderen voordat u de stoel gebruikt. Houd de plastic zak en verpakkingsma-
terialen buiten bereik van baby's en kinderen.
!
Dit product is niet geschikt om mee te rennen of rolschaatsen.
!
Wandelwagen ontworpen voor gebruik vanaf de geboorte, gebruik de meest
vlakke stand voor pasgeboren baby's.
!
Bij het plaatsen en verwijderen van het kind moet de parkeerrem geactiveerd zijn.
!
Om letsel te voorkomen, moet u uw kind uit de buurt houden tijdens het open-
of samenvouwen van dit product.
!
Men moet extra voorzichtig zijn bij gebruik in bewegende voertuigen en het kind
moet niet onbeheerd achter worden gelaten, zelfs niet wanneer de rem is geac-
tiveerd.
!
Men moet extra voorzichtig zijn bij gebruik in bewegende voertuigen en het kind
moet niet onbeheerd achter worden gelaten, zelfs niet wanneer de rem is geac-
tiveerd.
Montage wandelwagen
Lees alle aanwijzingen in deze handleiding voordat u het product opzet en gebruikt.
Open wandelwagen
Maak de opberggrendel los van de opbergbeugel
1
en til de hendel omhoog
2
- 1
, druk de voetplaat omlaag
met uw voet
2
- 2
, als u een klik hoort, betekent dit dat de wandelwagen volledig geopend is.
!
Controleer of de wandelwagen volledig open is gezet voor u doorgaat.
Voorwielen monteren
Monteer de voorwielen aan de voorpoten. Controleer of de wielen goed vast zitten door ze omlaag te trekken.
3
Om het voorwiel te demonteren, trekt u het van de voorpoot
4
- 2
terwijl u de vergrendeltabs naar buiten drukt.
4
- 1
Achterwielen monteren
Monteer de achterwielen op de achterpoten
5
. Controleer of de wielen goed vast zitten door ze omlaag te trekken.
Klik de remkabel in de bevestigingstabs onder de vierkante buizen om deze vast te zetten.
6
Kap monteren
Lijn de gaten van de kaphouders uit met de bevestigingspunten op de buizen en steek ze er in om de kap te
monteren
7
, maak de haak- en lusbevestiging vast en druk op de knoppen om de achterkant van de kap op de
WAARSCHUWING
!
WAARSCHUWING Gebruik altijd de veiligheidsriemen.
!
WAARSCHUWING Gebruik altijd de kruisriem in combinatie met de middel-
gordel. Gebruik tevens het schouderharnas.
!
WAARSCHUWING Controleer voor het gebruik of alle sluitingen goed vastzitten.
!
WAARSCHUWING Laat uw kind niet met dit product spelen.
!
Montage door volwassene vereist.
!
Gebruik de wandelwagen voor een kind dat minder dan 15 kg weegt. Als het
kind niet past, kan dit de wandelwagen beschadigen.
!
Om een gevaarlijke en instabiele conditie te vermijden, moet u niet meer dan 4,5
kg in de opbergmand plaatsen.
!
WAARSCHUWING! Laat uw kind nooit zonder toezicht achter. Let altijd op uw
kind als het in de wandelwagen zit.
!
Gebruik de wandelwagen met slechts één kind tegelijk. Leg nooit handtassen,
boodschappentassen, pakjes of onderdelen van toebehoren op de greep of de kap.
!
Overbelasting, onjuist opvouwen, of het gebruik van onderdelen van andere fab-
rikanten kan schade of een onveilige situatie voor de wandelwagen opleveren
Lees altijd eerst zorgvuldig de handleiding.
!
Gebruik nooit accessoires, onderdelen of componenten die niet door de fabri-
kant zijn gemaakt of goedgekeurd. Lees altijd eerst zorgvuldig de handleiding.
!
Gebruik uitsluitend vervangende onderdelen die zijn geleverd of aanbevolen
door de fabrikant/distributeur.
!
Veiligheidsriemen en zitsystemen moeten op de juiste wijze worden gebruikt.
!
Om ernstig letsel te vermijden door vallen of uit de wagen glijden, moet u altijd
de riemen gebruiken.
!
Zorg er voor dat het lichaam van uw kind geen bewegende onderdelen raakt bij
het aanpassen van de wandelwagen..
!
Het kind kan in de beenopeningen glijden en gewurgd worden als het harnas
niet wordt gebruikt.
!
Gebruik de wandelwagen nooit op trappen of roltrappen.
!
Uit de buurt houden van voorwerpen, vloeistoffen en elektronica met een hoge
temperatuur.
!
Laat uw kind nooit in de wandelwagen staan of met het hoofd naar de voorkant
van de wandelwagen zitten.
!
Plaats de wandelwagen nooit op wegen, hellingen of gevaarlijke gebieden.
!
Zorg ervoor dat alle mechanismen vastgezet zijn voordat u de wandelwagen
gebruikt.
!
Om verstikking te voorkomen, moet u GEEN voorwerpen met een koord rond de
hals van uw kind hangen, de koorden van dit product laten hangen of koorden
aan speelgoed bevestigen.
!
Elke last bevestigd aan de greep en/of op de achterkant van de rugsteun of de
zijkanten van de wandelwagen beïnvloeden de stabiliteit van de wandelwagen.
!
Til de wandelwagen NIET op als daar een kind in zit.
!
Gebruik de opbergmand NIET om een kind in te plaatsen.
!
Om omvallen te voorkomen, moet u het kind nooit in de wandelwagen laten
klimmen. Til het kind altijd in en uit de wandelwagen.
!
Om afgeklemde vingers te voorkomen, moet u opletten bij het in- en uitvouwen