29
INGEBRUIKNEMING VAN HET GEREEDSCHAP
DE SMERING
Ingersoll–Rand Nr. 50
Ingersoll–Rand Nr. 67
Ingersoll–Rand Vloeistof
Onderdeel Nr.
EQ106S–400–1
Men moet bij deze gereedschappen steeds een in–lijn
aangesloten drukluchtsmeerinrichting gebruiken. Wij bevelen
u de volgende Filter–Smeerinrichting–Regeleenheid aan:
Voor Internationaal – Nr. C28–04–FKG0
Na elke 20.000 cycli, of zoals de praktijk u heeft geleerd, de
Aandrijving voor de Aanzeteenheid aftappen en, zoals in dit
handboek gezegd, opvullen met de Vloeistof uit de
Vervangingskit (Onderdeel Nr. EQ106S–K400).
Voor de assemblage eerst de zeskante inbusaandrijving en de
uitgangsas smeren.
HOOFDLEIDINGEN
3 MAAL AFMETING
VAN INLAAT
VOOR DRUKLUCHT–
GEREEDSCHAP
NAAR
LUCHTSYSTEEM
NAAR
DRUKLUCHT–
GEREED–
SCHAP
SMEERINRICHTING
REGELAAR
FILTER
AFTAKKENDE
LEIDING
2 MAAL AFMETING
VAN INLAAT VOOR
DRUKLUCHT–
GEREEDSCHAP
REGELMATIG
AFTAPPEN
COMPRESSOR
(Tekening TPD905–1)
SPECIFICATIES
Type
Soort
Hendel
Boorhouder/
Aandrijving
Onbelast
toerental
Aanbevolen koppelbereik
H
Geluidsniveau
db (A)
♦
Trillings–
niveau
in.
Zacht
trekken ft–lb
(Nm)
Harde slag ft–lb
(Nm)
Druk
Vermogen
m/s
2
500PS3–EU
pistool
3/8” sq.
10.000
10–20 (14–27)
20–40 (28–54)
75,9
– – –
0,9
700PS3–EU
pistool
3/8” sq.
9.250
20–30 (27–41)
35–60 (47–81)
77,5
– – –
0,8
900PS4–EU
pistool
1/2” sq.
8.000
30–40 (41–54)
55–70 (75–95)
76,1
– – –
1,4
H
Getest volgens ANSI S5.1–1971 bij vrije snelheid
♦
Getest volgens ISO8662–1 onder belasting van wrijvingsrem tot 9 TPM