73
Nederlands
VÓÓR INGEBRUIKNAME
WAARSCHUWING
Om een ernstig ongeval te voorkomen, moet u ervoor
zorgen dat de schakelaar in de stand UIT staat en de
accu eruit trekken.
1. Controleer de werkomgeving
Controleer het werkgebied om er zeker van te zijn dat het
vrij is van vuil en rommel.
Ontruim het gebied van onnodig personeel. Zorg ervoor
dat de verlichting en de ventilatie voldoende zijn.
2. Zaagbladen vervangen
WAARSCHUWING
Als de bevestigingsschroef van het zaagblad met ander
gereedschap dan de bijgeleverde inbussleutel wordt
vastgedraaid, kan het zaagblad te vast en onvoldoende
worden aangedraaid, wat tot letsel kan leiden.
(1) Verwijder grondig het zaagsel dat zich heeft opgehoopt
op de spil, de schroef en de tussenringen.
(2) Druk op de vergrendelingsknop en verplaats deze.
(3) Verplaats zo dat de a
fl
eesrand naar het symbool
“zaagblad vervangen” wijst. (
Afb. 9-a
)
(4) Laat de vergrendelingsknop weer los.
(5) Draai de vergrendelingshendel rechtsom tot aan de
aanslag. (
Afb. 9-b
)
(6) Druk de vergrendeling uitknop naar voren en laat het
motorgedeelte een beetje zakken. Laat de vergrendeling
uitknop weer los.
(7) Duw het motorgedeelte naar beneden totdat deze op zijn
plaats klikt bij de aanslag.
(8) Draai de zaagspil langzaam met de inbussleutel in
de bevestigingsschroef van het zaagblad totdat de
vergrendeling vastklikt.
(9) Schroef de bevestigingsschroef van het zaagblad
rechtsom los en verwijder de tussenring (B). Verwijder
het zaagblad. (
Afb. 10
)
LET OP
Zorg ervoor dat de tussenring (A) (de tussenring in
het zaagblad) op de juiste manier wordt ingebracht:
de tussenring (A) heeft 2 kanten, diameter 20 mm en
5/8" (16 mm). Zorg ervoor dat het montagegat van het
zaagblad precies op de tussenring (A) past. Verkeerd
gemonteerde zaagbladen lopen niet soepel en leiden tot
controleverlies.
(10) Plaats een nieuw zaagblad, zorg ervoor dat de
draairichting correct is. De draairichting wordt
aangegeven door pijlen op het zaagblad en de
beschermkap.
De contactvlakken tussen de tussenring (A), het
zaagblad, de tussenring (B) en de bevestigingsschroef
van het zaagblad moeten schoon zijn.
(11) Plaats de tussenring (B). Zorg ervoor dat de tussenring
(B) in de juiste richting is geplaatst.
(12) Draai de bevestigingsschroef van het zaagblad vast
met een inbussleutel (max. 5 Nm).
LET OP
○
Gebruik alleen scherpe, onbeschadigde zaagbladen.
Gebruik geen zaagbladen die gebarsten zijn of waarvan
hun vorm is veranderd.
○
Gebruik geen zaagbladen van hooggelegeerd snelstaal
(HSS).
○
Gebruik geen zaagbladen die niet voldoen aan de
opgegeven classi
fi
catie.
Gebruik alleen zaagbladen met een diameter volgens de
markeringen op de zaag.
○
Het zaagblad moet geschikt zijn voor de onbelaste
snelheid.
○
Gebruik een zaagblad dat geschikt is voor het materiaal
dat wordt gezaagd.
○
Gebruik uitsluitend originele HiKOKI-zaagbladen.
Zaagbladen bedoeld voor het zagen van hout of
soortgelijke materialen moeten voldoen aan EN 847-1.
(13) Draai de vergrendelingshendel linksom tot aan
de aanslag terwijl u de handgreep met één hand
vasthoudt. Het motorgedeelte zwaait naar boven.
LET OP
Raak het zaagblad nooit direct na gebruik aan. Het
metaal is heet en kan uw huid gemakkelijk verbranden.
3. Controleer of de rem goed werkt
Dit elektrisch gereedschap is voorzien van een
elektrische rem die functioneert wanneer de schakelaar
wordt losgelaten. Controleer voordat u het elektrische
gereedschap gebruikt of de elektrische rem goed werkt.
Als dat niet het geval is, breng het gereedschap dan naar
een HiKOKI GEAUTORISEERD SERVICECENTRUM.
AFSTELLEN VAN DE ZAAG VÓÓR
GEBRUIK
WAARSCHUWING
Om ernstige ongevallen te voorkomen, moet u ervoor
zorgen dat de schakelaar in de stand UIT staat en de
accu eruit trekken.
1. Snijdiepte instellen
Het is raadzaam de snijdiepte zodanig in te stellen dat
niet meer dan de helft van elke tand op het zaagblad
uitsteekt onder het werkstuk. (
Afb. 11-a
)
<Aanpassing in stappen van mm>
Druk op de vergrendelingsknop en verplaats deze. Lees
de ingestelde snijdiepte af bij de a
fl
eesrand.
(Wanneer de geleiderail “GR” wordt gebruikt, lees deze
af bij de “GR”-a
fl
eesrand.)
Laat de vergrendelingsknop weer los. (
Afb. 11-b
)
<Nauwkeurige afstelling (voor uiterst nauwkeurige afstelling
van de snijdiepte)>
De snijdiepte kan zeer nauwkeurig worden ingesteld
door aan de regelaar te draaien.
Bepaal de exacte snijdiepte door het meten van het
uitstekende zaagblad of controleer het resultaat door
een proefsnede.
2. Schuin zaagblad voor diagonale zaagsneden
(Afb. 12)
Draai de twee borgschroeven los om in te stellen.
Kantel het motorgedeelte tegen de basis. Lees de hoek
die is ingesteld van de weegschaal af. Draai beide
borgschroeven weer vast.
Voor een diagonale snijhoek kleiner dan 0° of groter dan
45° (ondersnede):
Druk de ondersnedeknop in en kantel vervolgens schuin.
(Tijdens de volgende instelling wordt de
ondersnedefunctie automatisch gedeactiveerd.)
Wanneer u onder een hoek zaagt, moet u de positie van
de glasbescherming zo instellen dat deze het te zagen
werkstuk niet raakt.
WAARSCHUWING
Als de stelschroef loszit, kan dit letsel tot gevolg hebben.
Draai stevig vast na het afstellen.
3. De zaagbladhoek corrigeren
De zaagbladhoek is in de fabriek ingesteld. (
Afb. 13
)
Indien nodig kan de zaagbladhoek worden aangepast
voor 0° en voor 45°. Draai de stelschroef (B) (voor 0°) of
stelschroef (A) (voor 45°).
4. Zagen met een schulpgeleider (apart verkrijgbaar)
(Afb. 14)
Voor het zagen evenwijdig aan een rechte rand. De
schulpgeleider kan van beide zijden in de houder worden
gestoken. De snijbreedte kan bij de markering worden
afgelezen. Bevestig met behulp van beide spanhendels.
Het is het beste om de exacte snijbreedte te berekenen
door een testsnede uit te voeren.
0000Book̲C3606DPA.indb 73
0000Book̲C3606DPA.indb 73
2022/09/01 15:58:32
2022/09/01 15:58:32