NL
42
• De treden moeten op uw voeten staan en
niet met treden tegen de grond rusten.
• Ladders mogen niet op gladde
oppervlakken worden geplaatst (zoals ijs,
glimmende oppervlakken of sterk
vervuilde vaste oppervlakken), tenzij extra
maatregelen worden genomen om te
voorkomen dat de ladder wegglijdt of
door ervoor te zorgen dat de vervuilde
oppervlakken voldoende schoon zijn.
• Overschrijd de max. toegestane belasting
niet.
• Strek niet te ver uit; de gebruiker moet de
gesp van de riem (navel) binnen de
zijstukken houden en beide voeten op
dezelfde trede tijdens het werken.
• Gebruik de trapladder niet als een gewone
ladder, tenzij hij daarvoor ontworpen is.
• Let op de wind bij gebruik buitenshuis.
• Zorg ervoor dat de ladder goed verankerd
of ondersteund is voordat u er boven de
grond af stapt.
• Gebruik geen vrijstaande ladder om naar
het tweede niveau te klimmen.
• Stap niet op de bovenste 3 treden/
voetsteunen van een gewone ladder.
• Stap niet op de bovenste 2 treden/
voetsteunen van ladders zonder platform
en leuning.
• Stap niet op de bovenste 4 treden van een
trapladder met een verlengladder
erboven.
• Ladders mogen alleen gebruikt worden
voor eenvoudige, kortdurende taken.
• Gebruik het product niet buitenshuis bij
harde wind, hevige regen of andere
ongunstige weersomstandigheden.
• Kinderen moeten onder toezicht staan,
zodat ze niet met het product spelen of
erop klimmen.
• Klim altijd met uw gezicht naar de ladder.
• Houdt de ladder stevig vast wanneer u
erop of eraf klimt.
• Gebruik de ladder niet als brug.
• Gebruik geschikt schoeisel bij het
beklimmen van een ladder.
• Vermijd werkzaamheden die een zijdelingse
belasting op vrijstaande ladders uitoefenen,
zoals zijwaarts boren in vaste materialen
(bijv. baksteen of beton). Blijf niet lang op de
ladder staan zonder regelmatige pauzes
(vermoeidheid is een risicofactor).
• Aangrenzende ladders die gebruikt
worden om op hogere niveaus te komen,
moeten zich minstens één meter boven
het verankeringspunt bevinden.
• Uitrusting die op een ladder wordt gedragen
moet licht en gemakkelijk hanteerbaar zijn.
Draag of gebruik geen onhandige en/of
zware voorwerpen op de ladder.
• Houd u terwijl u werkt op ladders te allen
tijde met minstens één hand stevig vast,
of neem, als dat niet mogelijk is, extra
veiligheidsmaatregelen.
• Gebruik de ladder alleen in de
aangegeven richting, als het ontwerp van
het product dat vereist.
• Monteer de stijlen in de juiste positie bij
gebruik als een standaardladder.
• Stap niet zijwaarts van de ladder af.
• Gebruik het platform nooit zonder de twee
diagonale stijlen en de twee
stabilisatiestangen. Als het niet mogelijk is
de onderdelen correct te monteren,
demonteer dan het platform en volg de
montage-instructies vanaf het begin. Als
het nog steeds niet mogelijk is de montage
te voltooien, neem dan contact op met uw
dealer. Gebruik het product niet als het niet
juist en volledig gemonteerd is.
• Ga niet op de rand van het platform staan.
• Monteer het platform niet hoger dan 1
meter.
ONDERHOUD
• Controleer regelmatig de ladderonderdelen
en de scharnieren. Gebruik lichte olie als
het koud is. Smeer de scharnieren
regelmatig, maar pas op dat er geen olie
op de treden of zijprofielen druppelt.
• Ladders moeten worden opgeborgen op
plaatsen die niet zijn blootgesteld aan
regen of sneeuw of direct zonlicht.
Summary of Contents for 008807
Page 44: ......