Kalibratie voor metingen
De sensor is gekalibreerd volgens specificatie in de fabriek. De fabrikant raadt kalibratie af, tenzij
regelmatig vereist door officiële instanties. Als kalibratie is vereist, laat u de sensor in evenwicht
komen met het proces vóór kalibratie. Kalibreer de sensor niet tijdens het instellen.
Tabel 2 Kalibratie-opties
Optie
Omschrijving
Kalibratie lucht
Aanbevolen kalibratiemethode. Deze kalibratie wijzigt de helling.
Kalibratie
Kalibratie volgens vergelijking met een handheld DO-meter. Deze kalibratie wijzigt de offset.
Kalibratie resetten Stelt de kalibratiewaarde voor de steilheid (helling) en offset terug naar de
fabrieksinstellingen: standaardwaarde=1,0; standaardoffset=0,0
Kalibratie lucht
Gebruikersopmerkingen:
• Zorg ervoor dat er zich water in de kalibratietas bevindt.
• Zorg ervoor dat de afdichting tussen de kalibratietas en de behuizing van de sensor goed afdicht.
• Zorg ervoor dat de sensor droog is tijdens kalibratie.
• Zorg ervoor dat de luchtdruk-/hoogte-instelling nauwkeurig is voor de kalibratielocatie.
• Laat de sensortemperatuur voldoende stabiliseren tot de omgevingstemperatuur van de
kalibratietas. Bij een groot temperatuurverschil tussen het proces en de kalibratielocatie kan het
stabiliseren 15 minuten duren.
1.
Verwijder de sensor uit het proces. Reinig de sensor met een natte doek.
2.
Plaats de gehele sensor in een kalibratietas met 25-50 ml water. Zorg ervoor dat de sensorkap
niet in contact komt met het water in de kalibratietas en dat er zich geen druppels op de
sensorkap bevinden.
3.
Gebruik een rubberen ring, binder of hand om een afdichting om de behuizing van de sensor te
creëren.
4.
Laat het instrument 15 minuten stabiliseren vóór de kalibratie. Voorkom tijdens stabilisatie direct
zonlicht op de kalibratietas.
5.
Zorg ervoor dat de huidige absolute luchtdruk of hoogte juist is geconfigureerd.
Opmerking: De fabrikant beveelt het gebruik van absolute of werkelijke luchtdruk aan als beste
praktijkmethode.
6.
Ga naar MENU>SENSOR SETUP (SENSORINSTELLING)>[Select Sensor (Selecteer
sensor)]>CALIBRATION (KALIBRATIE)>AIR CALIBRATION (LUCHTKALIBRATIE).
7.
Selecteer de optie voor het uitgangssignaal tijdens de kalibratie:
Optie
Omschrijving
Actief
Het instrument verzendt de actuele uitgangsmeetwaarde tijdens de kalibratieprocedure.
Hold
De sensoruitgangswaarde wordt vastgezet op de actuele meetwaarde tijdens de
kalibratieprocedure.
Overzenden
Tijdens de kalibratie wordt een vooraf ingestelde waarde verzonden. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de controller om de vooraf ingestelde waarde te wijzigen.
8.
De controller toont de melding "Plaats de hele sensor in de tas met water.". Wacht totdat de
waarde stabiel is. Druk op ENTER om de stabiele waarde te accepteren. Laat in plaats daarvan
de kalibratie doorgaan totdat op het display de volgende melding wordt weergegeven: "Taak is
voltooid. ".
9.
Als de sensor is gekalibreerd, plaatst u de sensor in het proces. Druk op ENTER.
48
Nederlands
Summary of Contents for LDO
Page 2: ...English 3 Deutsch 11 Español 20 Français 29 Italiano 38 Nederlands 46 Dansk 55 Polski 63 2 ...
Page 72: ......
Page 73: ......