Hach D3433B8.99, User Manual

Page: 134 / 446

Tabel 2 Sensoren aangesloten op sc digitale gateway (vervolg)
Optie Beschrijving
Parameters
kuvetconstante Selecteer de kuvetconstante K.—Stelt het bereik van de kuvetconstante in op 0,01,
0,05, 0,10, 0,5 (standaard), 1,0 HACH, 1,0 Polymetron, 5,00 of 10,0.
Kuvetconstante—Voert de kuvetconstante in als de feitelijke gecertificeerde K-
waarde van de label op de sensorkabel. Wanneer de gecertificeerde K-waarde wordt
ingevuld, is de kalibratiecurve gedefinieerd.
T-compensatie Voegt een temperatuurafhankelijke correctie toe aan de gemeten waarde—Lineair
(standaard: 2,0 %/°C, 25 °C), Ammoniak, Oppervlaktewater, Compensatietabel
gebruiker of Geen.
Wanneer de Compensatietabel gebruiker is geselecteerd, kan de gebruiker x,y
(%/°C, °C) punten in oplopende volgorde invoeren.
Opmerking: De optie Oppervlaktewater is niet beschikbaar wanneer de instelling Meettype is
ingesteld op TDS.
Temperatuursensor Dit stelt het temperatuurelement in voor automatische offset van de temperatuur op
Handleiding, PT100 of PT1000 (standaard). Als er geen element wordt gebruikt, stelt
u deze in op Handleiding en stelt u een waarde in voor temperatuurcompensatie
(standaard: 25 °C).
Wanneer Temperatuursensor is ingesteld op PT100 of PT1000, raadpleegt u
Hiermee wordt de T-factor voor niet-standaard kabellengtes aangepast
op pagina 134 om de instelling Factorselectie in te stellen.
Opmerking: Als de Temperatuursensor is ingesteld op Handleiding en de sensor wordt vervangen
of de sensordagen worden gereset, wordt de Temperatuursensor automatisch teruggezet naar de
standaardinstelling (PT1000).
AC-frequentie Selecteert de netfrequentie voor de beste ruisonderdrukking. Opties: 50 of 60 Hz
(standaard).
Instellingen resetten Stelt het menu Instellingen terug naar de fabrieksinstellingen en stelt de tellers
opnieuw in. Alle sensorinformatie is weg.
4.3 Hiermee wordt de T-factor voor niet-standaard kabellengtes aangepast
Wanneer de sensorkabel verlengd of verkort is ten opzichte van de standaard 6 meter (20 ft),
verandert de weerstand van de kabel. Deze wijziging vermindert de nauwkeurigheid van
temperatuurmetingen. Om dit verschil te corrigeren, moet een nieuwe T-factor worden berekend.
1. Meet de temperatuur van een vloeistof met de sensor en met een onafhankelijk, betrouwbaar
instrument, zoals een thermometer.
2. Leg het verschil vast tussen de temperatuur die gemeten is door de sensor en door het
onafhankelijke instrument (feitelijk).
Als bijvoorbeeld de feitelijke temperatuur 50 °C is en de sensor geeft 53 °C aan, dan is het
verschil 3 °C.
3. Vermenigvuldig dit verschil met 3,85 om de aanpassingswaarde te krijgen.
Voorbeeld: 3 x 3,85 = 11,55.
4. Bereken een nieuwe T-factor:
• Sensortemperatuur > feitelijk—voeg de waarde van de aanpassing toe aan de T-factor op het
label op de sensorkabel
• Sensortemperatuur < feitelijk—trek de waarde van de aanpassing af van de T-factor op het
label op de sensorkabel
5. Selecteer Instellingen > Temperatuurelement (of Temperatuursensor) > Temperatuurfactor
(of Factorselectie ) en voer de nieuwe T-factor in.
134 Nederlands