Hach 29971-72, User Manual

Page: 114 / 206

c. Controleer de spoelgastoevoer van de TC-sensor. Zorg ervoor dat de gastoevoer functioneert
voordat de CO
2
- of N
2
-sensoren inline worden aangebracht. Wanneer de TC-sensoren het
vloeistofmonster raken, kunnen ze gemakkelijk beschadigd raken als het spoelgas niet
functioneert. Raadpleeg
Het spoelgas aansluiten op pagina 111.
5. Zorg ervoor dat de gasdruk 0,5 tot 1 bar hoger is dan de druk van de opgeloste CO
2
in het
monster. Overschrijd de maximaal toegestane druk voor de verpakking (fles of blikje) niet, anders
kan de verpakking exploderen. Voor metingen met TC-sensoren is het belangrijk om hetzelfde
drijfgas te gebruiken voor beide handelingen: kalibraties en gasmetingen.
6. Schud de verpakking, indien van toepassing. Bij sommige drankmonsters is het noodzakelijk om
de drank te schudden zodat de inhoud van de verpakking goed wordt verdeeld. Gebruik de heen
en weer bewegende schudder minimaal 3 minuten.
Het meetinstrument instellen
Zorg ervoor dat het instellen van het meetinstrument is voltooid voordat met de metingen wordt
begonnen. Configureer parameters zoals het te meten gas, de eenheden op het display en het
gebruikte sensormembraan. Raadpleeg de documentatie van het meetinstrument voor meer
informatie.
De positie van de verpakking aanpassen
Voordat de metingen worden gestart, past u het monsternameapparaat voor drankverpakkingen aan
op het soort drankverpakking (fles of blikje). Raadpleeg
Afbeelding 7 en de volgende stappen:
1. Duw het bovenste (verplaatsbare) zwarte blok naar de hoogste positie (A) om de eenheid voor
doorprikken en monstername te heffen.
2. Zorg ervoor dat de hendel voor doorprikken (B) in een verticale stand staat.
3. Houd de schuifeenheid van de naaldhouder met één hand vast en maak de oranje hendel (C) los.
4. Hef de schuifeenheid van de naaldhouder omhoog op de twee metalen kolommen.
5. Plaats het drankmonster dat geanalyseerd moet worden op de mat van de basisplaat (D).
Zorg ervoor dat het drankmonster verticaal wordt geplaatst. Zorg er indien mogelijk voor dat
blikjes aan de bovenkant worden doorgeprikt. Als er door het lipje niet voldoende ruimte is om het
blikje aan de bovenkant door te prikken, prik dan de onderkant van het blikje door. De onderkant
doorprikken heeft als voordeel dat het metaal dikker is en minder makkelijk vervormt, maar soms
kan de aanpriknaald vast komen te zitten in de verpakking.
6. Laat de naaldhouder voorzichtig neer totdat de steunplaat van de naaldhouder met de ronde
opening de bovenkant van het drankmonster (E) raakt. De naaldhoudersteun voorkomt
ongewenste bewegingen van het drankmonster.
7. Zet de oranje hendel in de bovenste positie van de groef en haal hem weer aan.
De unit is voorbereid op het meten.
Opmerking: Als de drankverpakking wordt gewijzigd, bijvoorbeeld wanneer een fles of blikje met een andere
afmeting wordt gebruikt, voert u de procedure voor het aanpassen van de positie van de verpakking opnieuw uit.
114 Nederlands