Ne
de
rla
n
d
s (NL)
95
Aanbeveling:
Sluit de verzameltank met een leiding,
bijv. DN 100, aan op de RMQ B. De kabel en de toe-
voerslang kunnen door deze leiding worden gevoerd.
•
Pas de lengte van de kabel aan, en sluit de kabel
aan op het toestel. Sluit de twee gestripte draden
aan op de klemmen van het toestel. Zie afb.
.
– De draden kunnen in willekeurige volgorde
aangebracht worden.
Afb. 10
Klemaansluiting naar de kabel van de
vlotterschakelaar, het toestel van
onderaf gezien
8.8 Installatie van de niveausensor (alleen
RMQ A)
Procedure
1. Laat de sensorkabel met de sensor voorzichtig in
de verzameltank zakken, en leg de sensor op de
bodem van de tank neer. Zie afb.
.
– Laat minimaal 0,5 meter sensorkabel op de
bodem van de tank liggen.
2. Meet het maximale waterniveau in de verzamel-
tank voor een juiste weergave van het waterni-
veau.
– Meet vanaf de bodem van de tank tot de over-
loop (om de niveausensor te kalibreren). Zie
paragraaf
9.2 De hoogte van de verzameltank
.
Afb. 11
Niveausensor in de verzameltank
Aanbeveling:
Sluit de verzameltank met een leiding,
bijv. DN 100, aan op de RMQ A. De sensorkabel en
de toevoerslang kunnen door deze leiding worden
gevoerd.
•
Vermijd binnendringing van water in de sensorka-
bel. Houd de tape aan de kabel tijdens het instal-
leren.
•
Pas de lengte van de kabel aan, en sluit de kabel
aan op het toestel. Sluit de twee gestripte draden
aan op de klemmen van het toestel. Zie afb.
.
– De draden kunnen in willekeurige volgorde
aangebracht worden.
•
Verwijder de tape van de sensorkabel.
Afb. 12
Klemaansluiting naar de sensorkabel,
het toestel van onderaf gezien
TM
04 73
12 181
0
TM0
4
408
8
0
7
0
9
De kabel van de niveausensor moet door
een kabelgoot worden gevoerd.
0.5m
1
2
3
4
5
De druksensor werkt alleen wanneer lucht
vrij in en uit de leiding en slang kan stro-
men.
T
M
04
69
19
1
11
0