Ne
de
rla
n
d
s (NL)
163
11. Storingzoekschema
Het instrument is onderhoudsvrij, reparaties kunnen
alleen worden uitgevoerd in de fabriek.
De volgende tabel geeft beknopte richtlijnen voor
mogelijke storingen die worden veroorzaakt door
ontbrekende of defecte kabels of storingen in het
sensorsysteem.
Storing
Oorzaak
Oplossing
1.
Geen display na inschakelen. a)
Voedingspanning niet aange-
sloten.
Sluit de voedingsspanning aan.
2.
SP (setpoint) LED kan niet
worden geselecteerd.
a)
Code 2001 geactiveerd.
Verwijder code 2001.
3.
Stop (regelaarstop) LED kan
niet worden geselecteerd.
a)
Regelaar is niet geconfigu-
reerd.
Configureer de regelaar.
4.
Codenummers kunnen niet
worden geselecteerd.
a)
Activeringcode 0086 is verwij-
derd; instrument is beveiligd
tegen ongeautoriseerd bedrijf.
Voer activeringscode 0086
opnieuw in. Zie paragraaf
.
Conex
®
DIS-D
Storing
Oorzaak
Oplossing
1.
Meetwaardedisplay insta-
biel.
a)
Interferenties op kabels van
elektrode/meetcel.
Controleer de afscherming/kabel.
b)
Aansluitkabels/stekkers tus-
sen meetcel en Conex
®
DIS
onderbroken of vochtig.
Controleer de kabels en vervang
deze indien nodig.
c)
Sensor/elektrode defect.
Vervang de sensor/elektrode.
Controleer e potentiostatische regel-
spanning, 100 mV, tussen klem M
(20) en B/R (21) met operationele/
aangesloten meetcel. Gebruik een
Voltmeter.
2.
Display bij schaaleind-
waarde.
a)
Aansluitkabel tussen elek-
trode/meetcel en instrument-
versterker onderbroken.
Controleer de kabel en sluit deze
aan.
b)
Meetelektrode defect
Vervang de meetelektrode.
3.
Alarm tijdens kalibratie.
a)
Meetcel/elektrodes verontrei-
nigd of geblokkeerd door
afzettingen.
Verwijder de elektrodes en reinig de
meet- en tegenelektrodes (zie ook
de installatie- en bedieningshandlei-
ding van de meetcellen).
4.
Sensorwaarde te klein ver-
geleken met de referentie.
a)
Onjuiste kalibratie.
Herhaal de kalibratie.
b)
pH-waarde voor meting hoger
dan met kalibratie (alleen met
chloor).
Houd de pH-waarde constant voor
meting en kalibratie.
5.
Sensorwaarde te hoog ver-
geken met de referentie.
a)
Onjuiste kalibratie.
Herhaal de kalibratie.
b)
pH-waarde voor meting lager
dan met kalibratie (alleen met
chloor).
Houd de pH-waarde constant voor
meting en kalibratie.