72
Inschakelen van het apparaat
▯
Stekker in het stopcontact steken resp.
de zekering inschakelen of vastdraaien.
▯
Toets Aan/Uit indrukken tot de temperatuur-
indicatie brandt.
Instellen van de temperatuur
De temperatuur kan in beide vakken onafhankelijk
van elkaar van +5 °C tot +20 °C worden ingesteld.
▯
Keuzetoets bovenste of onderste vak indrukken.
De bijbehorende temperatuurindicatie knippert.
▯
Met de toets
Plus
of
Min
de temperatuur wijzigen.
Bij elke druk op de toets verandert de instelwaarde
in stappen van 1 °C.
Ca. 5 seconden na de laatste druk op de toets scha-
kelt de elektronica automatisch om en wordt de wer-
kelijke temperatuur aangegeven.
Toets-Ventilator
Om wijn langdurig op te slaan moet de toets Ventilator
geactiveerd worden.
Op het display verschijnt het ventilatorsymbool.
Hierdoor wordt in de binnenruimte een klimaat bereikt
dat overeenkomt met dat in een wijnkelder.
Door de verhoogde luchtvochtigheid wordt voorkomen
dat de kurken uitdrogen.
Temperatuuralarm
Het alarmsignaal helpt u uw wijn tegen ontoelaatbare
temperaturen te beschermen.
Het signaal is te horen als het in de binnenruimte
te koud resp. te warm is. Tegelijkertijd knippert de
temperatuurindicatie.
Het alarmsignaal is altijd te horen als de deur langer
dan 60 sec. openstaat.
▯
Het alarm uitschakelen door de toets alarm-uit in
te drukken.
De temperatuurindicatie knippert net zo lang tot
de alarmtoestand is opgeheven.
Toets +
Temperatuur verhogen (warmer)
Toets –
Temperatuur verlagen (kouder)
