24
NL
onderhoudsvoorschriften op.
•
Overbelast uw apparaat niet. Werk
uitsluitend binnen het vermelde vermo-
gensbereik. Gebruik voor zware werk-
zaamheden geen machines met een
zwak vermogen. Gebruik uw apparaat
niet door doeleinden, waarvoor het
niet bestemd is.
Elektrische veiligheid:
Opgepast! Zo vermijdt u ongevallen
en verwondingen door een elek-
trische schok:
• Voer telkens vóór ingebruikname een
visuele controle van de net- en verleng-
snoeren op symptomen van beschadi-
gingen of veroudering door.
•
Houd de voedingskabel op een veilige
afstand van de maaiwerktuigen. Indien
het snoer tijdens het gebruik bescha
-
digd wordt, verbreekt u het onmiddel-
lijk van het stroomnet.
Het snoer niet aanraken voor-
dat het van het stroomnet ver-
broken is.
•
De verlengsnoeren op een veilige af-
stand tot de tanden houden. De tanden
kunnen de snoeren beschadigen en
tot een contact met actieve onderdelen
leiden.
•
Let erop dat de netspanning met de op
het typeaanduidingplaatje vermelde
gegevens overeenstemt.
•
Sluit het apparaat uitsluitend op een
contactdoos met lekstroom-bescher-
mingsinrichting (FI-schakelaar) met een
toegekende stroom van niet meer dan
30 mA aan.
• Vermijd lichamelijk contact met onder
-
delen, die met de aarde verbonden
zijn (bijvoorbeeld metalen omheinin
-
gen, metalen palen).
•
Gebruik uitsluitend toegestane ver-
lengsnoeren van het constructietype
H05RN-F, die maximaal 75 m lang en
voor het gebruik in de open lucht be-
stemd zijn. De draaddiameter van het
verlengsnoer moet minstens 2,5 mm
2
bedragen. Rol een kabeltrommel vóór
gebruik altijd volledig af. Controleer
het snoer op beschadigingen.
•
Gebruik voor het aanbrengen van het
verlengsnoer de daarvoor bestemde
snoerophanging.
•
Gebruik de kabel niet om de stekker uit
de contactdoos te trekken. Bescherm
het snoer tegen hitte, olie en scherpe
kanten.
•
Als het netsnoer beschadigd is, trekt u
allereerst het verlengsnoer uit het stop-
contact. Daarna kunt u het netsnoer
van het apparaat verwijderen.
•
Als het netsnoer van dit apparaat
beschadigd wordt, moet het door de
fabrikant of door zijn klantenservice
-
afdeling of door een gelijkwaardig
gekwalificeerde persoon vervangen
worden om gevaren te vermijden.
Montage-instructies
Trek vóór alle werkzaamheden aan
het apparaat de netstekker uit.
Handvatdrager monteren
B
1. Steek de onderste drager (7)
in de behuizing (8) van het ap-
paraat en schroef de drager met
de beide kruiskopschroeven vast
(22).
2. Schroef de beide middelste stan-
gen (15) met de schroeven en
vleugelmoeren (4b) vast aan de
onderste stang (7).
3. Haak de kabel-trekontlasting
(18) in de bovenste handvatdra-
ger (3) vast.
4. Schroef de bovenste grijpstang
(3) met de schroeven en vleugel-
moeren (4a) vast aan de beide
middelste stangen (15).
Summary of Contents for 93500
Page 3: ...A 1 3 2 5 4a 6 7 15 9 8 14 13 12 10 4b 17 16 19 18 11 20 21...
Page 46: ...46...
Page 48: ...48...
Page 50: ...19 B C D E G F 2 4a 16 17 12 20 20 7 22 13 19 18 5 18 1 13 14 4b 3 15 24 4a 4b 23...
Page 51: ......