25
NL
5. Bevestig de kabel van het
apparaat (19) met de beide
kabelklemmen van het apparaat
(12/16) aan de stang.
6. Bevestig de
werktuighouder
(14)
en klem de
Werktuigsleutel
(13).
Vangkooi monteren/ledigen
Opgelet: apparaat niet zon-
der beschermingsinrichting
tegen stoten bedienen. Ge-
vaar voor verwondingen!
Opgelet: De opvangzak is al-
leen bedoeld voor het gebru-
ik met de beluchter (20)!
Vangkooi ineenzetten:
De vangkooi wordt in dichtgeklapte toe-
stand geleverd en moet vóór gebruik in het
apparaat gemonteerd worden.
C
1. Verbind het stangenmechanisme
(23) van de vangkooi.
2. Trek de opvangzak over het stan-
genstelsel.
3. Draai de kunststof lussen van de
opvangzak over het stangenstel-
sel van de opvangzak en klem
de kunststof lussen vast.
Vangkooi aan het ap-
paraat aanbrengen:
4. Til de beschermingsinrichting
tegen stoten (6) op.
5. Schuif de pennen aan het stan-
genmechanisme (23) van de
vangkooi in de opname aan de
behuizing van het apparaat.
6. Laat de beschermingsinrichting
tegen stoten los, deze houdt de
vangkooi (
5
) in positie.
Vangkooi afnemen/ledi-
gen:
7. Til de beschermingsinrichting
tegen stoten (6) op en neem de
vangkooi (5) eruit.
Bediening
Neem de geluidsreductie en lokale
voorschriften in acht. Het gebruik
van het apparaat kan op bepaalde
dagen (bijvoorbeeld zon- en feest
-
dagen), op bepaalde tijdstippen
van de dag (middaguur, nachtrust)
of in speciale gebieden (bijvoor
-
beeld kuuroorden, klinieken etc.)
beperkt of verboden zijn.
Arbeidsposities instellen
Het apparaat bezit 4 hoofdinstelposities:
Trap 0 :
Transportpositie
In deze stand bestaat de maximale vei-
ligheidsafstand van het werktuig tot de
grond.
Trap 1 : Werkstand
Kies bij werkzaamheden met het nieuwe
apparaat deze instelling.
Trappen 2 - 3 :
Verstelposi-
ties
Bij toenemende slijtage van de messen of
van de verende tanden kan de werkstand
neergelaten worden.
Slijtage herkent u aan een almaar slechter
wordend werkresultaat.
De verstelbare diepte bedraagt per trap
ca. 3 mm.
Het apparaat bevindt zich bij leve
-
ring in de transportpositie 0.
Om de werkstand in te stellen, moet het
apparaat uitgeschakeld zijn.
Trek aan de instelknop voor de justering
(zie
A
9) en draai hem in de gewenste
positie, tot hij vast klikt.
Beide wielen (rechts en links) moeten apart
op dezelfde positie worden ingesteld.
Summary of Contents for 93500
Page 3: ...A 1 3 2 5 4a 6 7 15 9 8 14 13 12 10 4b 17 16 19 18 11 20 21...
Page 46: ...46...
Page 48: ...48...
Page 50: ...19 B C D E G F 2 4a 16 17 12 20 20 7 22 13 19 18 5 18 1 13 14 4b 3 15 24 4a 4b 23...
Page 51: ......