gN
10
n
Bij gebruik als traditioneel eindstation wordt de iM.60 gestuurd door een spanningssignaal van 0
–10 V of 10–0 V.
In deze toepassing is temperatuurmeting niet mogelijk.
Zet schuifschakelaar R op OFF.
Zet schuifschakelaar U op ON.
Stel DIP-schakelaars 1 tot en met 6 in op ON.
De positieterugkoppeling wordt uitgevoerd met behulp van een CPS (contactloze standsensor). DIP-schakelaar 9
moet zijn ingesteld op ON (standaard).
•
In tegenstelling tot de potentiometer kan een CPS niet handmatig worden afgeregeld.
•
Een eindschakelaarset met een CPS heeft in het midden een grijze poelie.
Schakel de stroomvoorziening pas in nadat alle kabels correct zijn aangesloten.
1. Sluit de iM.60 aan (voor bedradingsinformatie zie het aansluitschema in de bijlage).
2. Schakel de stroom in.
1. Controleer of de iM.60 correct is aangesloten.
2. Controleer of de iM.60 optimaal werkt.