NL 18
Instellen van de thermostaat
De thermostaat regelt automatisch de binnentemperatuur van de koelkast en het vriesvakje
(indien aanwezig).
• De normale temperatuurstand is stand 4.
• Stel een hogere temperatuur in door de regelknop naar stand 1, 2 of 3 te draaien.
• Stel een lagere temperatuur in door de regelknop naar stand 5, 6 of 7 te draaien.
• Op stand 0 is de koelkast uitgeschakeld.
Bij toestellen met een vriesvak geldt: worden diepvriesproducten voor een langere
periode bewaard, dan verdient een instelling tussen “4” en “7” de aanbeveling.
Snel invriezen
Zet een dag voordat u een grote hoeveelheid vers voedsel wilt invriezen de thermostaatknop
op de laagste temperatuurstand. Zet de thermostaatknop weer op de normale stand zodra het
voedsel ingevroren is.
BEDIENING VAN HET TOESTEL