17
VOORZICHTIG:
Vermijdt scherpe
bochten en knikken in hydraulische
slangen ter voorkoming van inwendige
beschadiging.
4.0 IN BEDRIJFSTELLEN
BELANGRIJK: Overtuig u ervan dat
iedere gebruiker volledig begrip heeft van
alle instructies, veiligheidsvoorschriften,
waarschuwingen en de werking van deze
apparatuur om onjuist gebruik te voorkomen.
Raadpleeg uw leverancier indien u twijfelt omtrent
juist gebruik, de toepassing en (plaatselijke)
voorschriften.
4.1
Voor het heffen van de
last
Houd het contactvlak tussen
hefteen en last vrij van olie
en vet om het afglijden van
de last te voorkomen.
Overtuig u ervan dat de last
geheel en gelijkmatig over
het contactvlak van de
hefteen is verdeeld om
buigen van de hefteen te
vermijden.
4.2 Gebruik van pomp en vijzel
Raadpleeg de bij de pomp meegeleverde handleiding
voor het juiste gebruik en de toepassingen.
Bij gebruik van een handpomp
HANDPOMP ZONDER STUURVENTIEL: Sluit het
kraantje (ontlastklep) van de handpomp en beweeg
de pompstang op en neer om de cilinderplunjer uit te
sturen. Open de ontlastklep op de pomp om de
cilinderplunjer in te sturen. De retourveer in de
enkelwerkende cilinder stuurt de plunjer in.
BELANGRIJK: Open het kraantje (ontlastklep) op de
pomp langzaam om de last langzaam en
gecontroleerd te laten zakken.
Motorpompen
Zet het stuurventiel op de pomp in de uitgaande
positie (poort A open) om de plunjer uit te sturen. Om
de plunjer in te sturen schakelt u het stuurventiel in
de retourpositie.
4.3 Ontluchten van het systeem
Stuur de plunjer enkele malen in en uit zonder druk
op te bouwen. Het hydraulisch systeem is ontlucht
zodra de plunjer een gelijkmatige beweging maakt.
5.0 ONDERHOUD EN SERVICE
Onderhoud is noodzakelijk indien lekkage of slijtage
zich voordoet. Inspecteer regelmatig de conditie van
alle onderdelen om te bepalen of onderhoud en
service nodig is. Kant en klare reparatie sets zijn
beschikbaar voor snelle uitwisseling van versleten of
beschadigde onderdelen.
BELANGRIJK: Alleen gekwalificeerde
hydraulische technici zijn bevoegd
onderhoud en reparaties uit te voeren.
Neem hiervoor contact op met uw
Enerpac leverancier.
• Controleer regelmatig de conditie van alle
componenten in het hydraulische systeem op
slijtage of beschadigingen. Vervang beschadigde
componenten.
• Voorkom oververhitting: de hydraulische olie mag
niet warmer worden dan 60˚C.
• Houd het systeem en componenten schoon.
• Controleer regelmatig of koppelingen en fittingen
nog goed bevestigd zijn. Slecht vastgedraaide
koppelingen en fittingen kunnen lekkage
veroorzaken.
• Ververs hydraulische olie in uw systeem als
beschreven in de handleiding van de pomp.
• BELANGRIJK: De geleidingsbanen van de
hefplaat dienen altijd goed gesmeerd te zijn.
6.0 STORINGEN VERHELPEN
De storingstabel §6.1 op bladzijde 18 is bedoeld als
hulpmiddel bij het opsporen en vaststellen van
problemen.
Summary of Contents for SOH-10-6
Page 19: ...19 ...