06/2014 - Art. Nr. 4200 1057 7300
49
nl
nl
Klantenservice
Mogelijke problemen
Symbool
Storing
Oorzaak
Remedie
Geen warmteverzoek
Thermostaat defect of
verkeerd afgesteld
De thermostaten afstellen of vervangen
Na de uitschakeling door thermostaat
start de brander niet opnieuw.
In de oliebranderautomaat wordt
geen storing weergegeven
Vermindering of afwezi-
gheid van de voedin-
gsspanning.
Storing van de oliebrande-
rautomaat
Controleer de bron van de onderbreking of ver-
mindering van de spanning.
Vervang de oliebranderautomaat.
Bij het inschakelen gaat de brander
kort aan en vervolgens weer uit, het
waarschuwingslampje voor vergren-
deling gaat aan
De oliebranderautomaat
is opzettelijk geblokkeerd De oliebranderautomaat opnieuw ontgrendelen.
Na de voorventilatie gaat de brander
aan en vervolgens weer uit
Strooilicht tijdens de voor-
ventilatie of voorontste-
king
Controleer de ontstekingsvonken de elektroden
afstellen/vervangen, het elektroventiel voor
stookolie controleren/vervangen
Na opening van het elektroventiel
gaat de brander aan en vervolgens
weer uit
Afwezigheid van vlam aan
het einde van de veili-
gheidstijd
Controleer het niveau van de brandstof in de
tank.
Zo nodig de tank vullen.
De kleppen openen.
Controleer de oliedruk en de werking van de
pomp, het verbindingsstuk, het filter en de
magneetklep.
Controleer het onstekingscircuit en de afstelling
van de elektroden. De elektroden
reinigen/vervangen.
De vlamopnemer reinigen/vervangen.
Vervang indien nodig de volgende onderdelen:
ontstekingselektroden/bougie/ontstekingstransfor-
mator/sproeikop/pomp/elektroventiel/oliebrande-
rautomaat.
Vlamstoring tijdens werking van de
installatie
De vlam gaat uit als de
installatie in bedrijf is
Oorzaken en oplossen van storingen
In geval van een storing moeten de
essentiële vereisten voor een juiste
werking van de installatie gecontroleerd
worden:
1. Is er elektriciteit?
2. Zit er olie in de tank?
3. Zijn de afsluiters helemaal open?
4. Zijn alle componenten voor afstelling
en veiligheid zoals de thermostaat van
de ketel, de veiligheidsinrichting in
geval van watertekort, de
eindschakelaar enz. ingesteld?
In het geval dat de storing na controle
van de bovenstaande punten aanhoudt,
de onderstaande tabel gebruiken. De
veiligheidsonderdelen mogen niet
gerepareerd worden, maar moeten
vervangen worden door onderdelen met
hetzelfde artikelnummer.
Gebruik alleen originele
reserveonderdelen van de fabrikant.
Let op: Na elke ingreep het volgende
controleren:
- de verbrandingswaarden onder
werkingsomstandigheden (deur
stookruimte gesloten, kap gemonteerd,
etc..).
- registreer de verbrandingswaarden in
het onderhoudsboekje van de
installatie.
TEH-display: de interface mag alleen
gebruikt worden door personeel dat
de onderhoudswerkzaamheden
uitvoert om de storingen van de
brander af te lezen.