Eaton EVC-M-32S2R2350, Operating Instructions Manual

Page: 230 / 350

xChargeIn Verificatie
Gebruiksaanwijzing V1.04
230
© EATON
De "serviceknop" 1 in het aansluitveld is nu toegankelijk.
5.2.2 RFID-masterkaart programmeren
De RFID-mastenkaart is de kaart die als eerste kaart op het laadstation is
geprogrammeerd. Deze kaart is nodig om verdere RFID-slavekaarten te pro-
grammeren. Bovendien kan deze kaart ook worden gebruikt voor de verifica-
tie van een laadcyclus.
Om een kaart te programmeren, mag geen laadsessie worden uitgevoerd en
geen voertuig aangesloten zijn op het laadstation.
Informatie
Als er reeds RFID-kaarten geprogrammeerd zijn, worden deze bij het pro-
grammeren gewist!
Voor het programmeren van de RFID-masterkaart gaat u als volgt te werk:
1) Behuizingsdeksel en aansluitveldafdekking verwijderen om toegang te
verkrijgen tot de serviceknop (zie 5.2.1 Laadstation voorbereiden ).
2) De "serviceknop" in het aansluitveld zo lang ingedrukt houden totdat het
tweede akoestische signaal te horen is (ca. 10 seconden).
Het laadstation start nu automatisch opnieuw op.
3) Direct na het opstarten van het laadstation moet binnen 60 seconden
een RFID-masterkaart worden geprogrammeerd door deze voor de
RFID-lezer te houden.
Een gelukte programmering wordt bevestigd met een akoestisch signaal.
Informatie
Na het programmeren van de masterkaart knippert het laadstation nog 60
seconden groen. Gedurende deze tijd kan een door de master geverifieer-
de laadsessie worden gestart. Daarna knippert de led-balk blauw om aan te
geven dat voor het starten van een laadcyclus een verificatie vereist is.
5.2.3 RFID-slavekaart programmeren
De RFID-slavekaart kan ook worden gebruikt voor de verificatie van een
laadcyclus. Voor het programmeren van een RFID-slavekaart is de RFID-
masterkaart nodig.
Om een kaart te programmeren, mag geen laadsessie worden uitgevoerd en
geen voertuig aangesloten zijn op het laadstation. De led-balk moet blauw
knipperen.