96
nEDERLanDs
4. Druk de asvergrendelknop in en met de verzonken kant
van de klemmoer afgericht, draai de klemmoer
5
op de as
zodat de nokken ingrijpen in de twee gleuven op de as.
5. Draai de klemmoer aan met een steeksleutel
20
terwijl u de
asvergrendelknop ingedrukt houdt.
6. U kunt de schijf verwijderen door de asvergrendelknop in te
drukken en de flensmoer met een sleutel los te draaien.
Monteren van steunkussens (Afb. F)
OPMERkInG:
Het gebruik van een beschermkap met
schuurschijven die een steunkussen gebruiken, vaak
vezelversterkte schijven genoemd, is niet verplicht. Omdat een
beschermkap niet verplicht is met gebruikt van deze accessoires
kan het zijn dat de beschermkap niet goed past.
WAARSCHUWING:
Wordt de flens/ de klemmoer/ het
wiel niet goed geplaatst, dan kan dat ernstig letsel (of
beschadiging van het gereedschap of het wiel)tot gevolg
hebben.
WAARSCHUWING:
De juiste beschermkap moet weer
worden geïnstalleerd voor de slijpschijf, de zaagschijf, de
schuurschijf, de draadborstel of bij toepassingen van de
draadschijf, nadat de schuurtoepassingen zijn voltooid.
1. Plaats of draai een van het juiste schroefdraad voorzien
steunkussen
17
op de as.
2. Plaats de schuurschijf
18
op het steunkussen
17
.
3. Draai terwijl u de asvergrendeling
1
ingedrukt houd de
klemmoer
19
op de as en leid de opgetilde naaf op de
klemmoer naar het midden van de schuurschijf en het
steunkussen.
4. Zet de klemmoer met de hand vast. Druk vervolgens de
asvergrendelknop in en draai de schuurschijf tot de schijf en
de klemmoer stevig tegen elkaar zitten.
5. U kunt de schijf verwijderen door het steunkussen en het
schuurkussen vast te pakken en te draaien terwijl u de
asvergrendelknop ingedrukt houdt.
Schijven met naaf plaatsen en verwijderen
(Afb, G)
Schijven met naaf worden direct op de as met M14-
schroefdraad geplaatst. De schroefdraad van het accessoire
moet overeenkomen met de schroefdraad op de as.
1. Verwijder de steunflens door deze van het gereedschap te
trekken.
2. Draai met de hand de schijf op de as
2
.
3. Druk de asvergrendelknop
1
in en zet met een sleutel de
naaf van de schijf vast.
4. Ga in omgekeerde volgorde te werk wanneer u de schijf wilt
verwijderen.
OPMERKING:
Wanneer u nalaat de schijf goed vast te
zetten voordat u het gereedschap inschakelt, kan dat
beschadiging van het gereedschap of van de schijf tot
gevolg hebben.
Monteren van draadborstels en
draadschijven (Afb. A)
WAARSCHUWING:
Wordt de flens/ de klemmoer/ het
wiel niet goed geplaatst, dan kan dat ernstig letsel (of
beschadiging van het gereedschap of het wiel)tot gevolg
hebben.
VOORZICHTIG: Beperk het risico van persoonlijk
letsel, draag werkhandschoenen wanneer u met
draadborstels en schijven werkt.
Zij kunnen scherp
worden.
VOORZICHTIG: Beperk het risico van beschadiging
van het gereedschap, de schijf of de borstel mag
de beschermkap niet raken wanneer de kap is
gemonteerd of in gebruik is.
Niet-waarneembare
beschadiging van het accessoire kan optreden, waardoor
stukjes draad los kunnen komen van de schijf of van de
borstel.
Draadborstels of draadschijven worden direct op de as met
schroefdraad geplaatst zonder dat flenzen worden gebruikt.
Gebruik alleen de draadborstels of draadschijven die voorzien
zijn van een naaf met M14-schroefdraad. Deze accessoires zijn
tegen meerprijs verkrijgbaar bij uw dealer ter plaatse of bij een
officieel servicecentrum.
1. Plaats het gereedschap op een tafel, de beveiliging
omhoog.
2. Draai met de hand de schijf op de as.
3. Druk de asvergrendelknop
1
in en zet de schijf met een
sleutel op de naaf van de draadschijf of draadborstel vast.
4. U kunt de schijf verwijderen door de hierboven vermelde
instructies in omgekeerde volgorde uit te voeren.
OPMERKING:
Beperk het risico van beschadiging van het
gereedschap, zet de naaf van de schijf goed op de as vast
voordat u het gereedschap inschakelt.
Voor de bediening
• Installeer de beveiliging en pas schijf of wiel aan. Gebruik
geen extreem versleten schijven of wielen.
• Controleer dat de binnenste en buitenste flens op juiste
wijze zijn gemonteerd. Volg de instructies die worden
gegeven in de
Tabel Accessoires voor slijpen en zagen
.
• Zorg ervoor dat de schijf of het wiel draait in de richting van
de pijlen op het accessoire en het gereedschap.
• Gebruik een accessoire niet als het beschadigd is. Controleer
accessoires zoals schuurwielen voor gebruik op schilfers en
barstjes, steunkussens op barstjes, scheurtjes of excessieve
slijtage, staalborstels op losse of gespleten draden. Als het
gereedschap of het accessoire is gevallen, controleert u
dit op schade of plaatst u een onbeschadigd accessoire.
Na het controleren en plaatsen van een accessoire zorgt
u dat u en omstanders uit de buurt van het bereik van het
ronddraaiende accessoire blijft en zet u het gereedschap
gedurende een minuut aan op maximale snelheid zonder
weerstand. Beschadigde accessoires breken gewoonlijk af
tijdens deze testtijd.