NEDERLANDS
97
Plaats uw lichaam aan beide kanten van
het blad, maar niet in lijn met het blad.
Terugslag zou ertoe kunnen leiden dat de zaag
achterwaarts springt, maar terugslagkrachten
kunnen beheerst worden door de bediener
indien passende voorzorgsmaatregelen
genomen worden.
b)
Wanneer een schijf vast komt te zitten,
of wanneer het doorslijpen om wat voor
reden dan ook wordt onderbroken, laat de
drukschakelaar dan los en houdt de eenheid
bewegingloos in het materiaal totdat de
schijf volledig tot stilstand komt. Probeer de
eenheid nooit achteruit of uit het werkstuk
te trekken terwijl de schijf in beweging is.
Hierdoor kan terugslag optreden.
Onderzoek
waardoor de schijf bleef steken en neem
maatregelen om dat een volgende keer te
voorkomen.
c)
Bij het opnieuw starten van een zaag in het
werkstuk, centreer dan het zaagblad in de
snede en controleer of de zaagtanden niet in
het materiaal vastzitten.
Als de schijf vastzit,
kan het werktuig naar boven schieten of een
terugslag veroorzaken wanneer het werktuig
opnieuw wordt aangezet.
d)
Ondersteun grote panelen om het risico
dat het blad klem raakt en terugslag te
beperken.
Grote panelen hebben de neiging
door te buigen onder hun eigen gewicht. Het
paneel dient aan beide kanten ondersteund te
worden, bij de doorslijpplek en in de buurt van
beide uiteinden.
e)
Gebruik geen doffe of beschadigde bladen.
Niet gescherpte of onjuist afgestelde bladen
maken enge sneden, wat leidt tot overmatige
wrijving, klemraken van het blad en terugslag.
f)
Bladdiepte en sluithendels van hoekafstelling
moeten stevig vastzitten alvorens te snijden.
Indien de bladafstelling verschuift bij het snijden,
dan kan dit leiden tot klemraken en terugslag.
g)
Wees extra voorzichtig bij een maken van
een versteksnede in bestaande muren of
andere blinde zones.
Het uitstekend blad
kan voorwerpen snijden die terugslag kunnen
veroorzaken.
Veiligheidsvoorschriften voor
zagen met een pendulum-
zaagbladbeschermkap
a)
Controleer voor elk gebruik of de onderste
beschermkap correct sluit. Gebruik de
zaagmachine niet als de onderste
beschermkap niet vrij kan bewegen en niet
onmiddellijk sluit. Klem of bind de onderste
beschermkap nooit in de geopende stand
vast.
Als de zaagmachine op de vloer valt, kan
de onderste beschermkap worden verbogen.
Open de beschermkap met de terugtrekhendel
en controleer of hij vrij beweegt en bij alle
zaaghoeken en zaagdiepten het zaagblad of
andere delen niet aanraakt.
b)
Controleer de functie van de veer voor de
onderste beschermkap. Laat voor gebruik
de beschermkap en de veer nakijken als
zij niet naar behoren functioneren.
Door
beschadigde delen, plakkende aanslag
of ophoping van spanen kan de onderste
beschermkap vertraagd functioneren.
c)
Open de onderste beschermkap
alleen met de hand bij bijzondere
zaagwerkzaamheden, zoals invallend
zagen en haaks zagen. Open de onderste
beschermkap met de terugtrekhendel
en laat hem los zodra het zaagblad in
het werkstuk is binnengedrongen.
Bij alle
andere zaagwerkzaamheden moet de onderste
beschermkap automatisch werken.
d)
Let er altijd op dat de onderste
beschermkap het zaagblad bedekt voordat
u de zaagmachine op een werkbank of op
de vloer legt.
Een onbeschermd uitlopend
zaagblad beweegt de zaagmachine tegen de
zaagrichting en zaagt wat er in de weg komt.
Let op de uitlooptijd van het zaagblad nadat de
machine is uitgeschakeld.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften
voor cirkelzagen
•
Draag oorbeschermers.
Blootstelling aan
lawaai kan leiden tot gehoorverlies.
• Draag een stofmasker.
Blootstelling aan
stofdeeltjes kan voor ademhalingsproblemen en
mogelijke verwondingen zorgen.
• Gebruik geen bladen met een grotere
of kleiner diameter dan aanbevolen.
Zie de technische gegevens voor de juiste
zaagcapaciteiten. Gebruik enkel de bladen
gespecificeerd in deze handleiding die voldoen
aan EN 847-1.
• Gebruik nooit schurende afsnijwielen
.
•
Gebruik geen accessoires voor de toevoer
van water.
•
Zet het werkstuk met klemmen of op
een andere praktische manier vast en
ondersteun het werkstuk op een stabiele
ondergrond
. Wanneer u het werkstuk