50
51
Hoogtemetermodus
10.
Als er tussen de hoogtemeter- en barometermodus wordt omgeschakeld met
de omhoog/omlaagknoppen (15, 16), of als er een functie uit beide modi wordt
gebruikt, zorg er dan voor dat de tijd in de klokmodus wordt weergegeven.
Met de modusknop (17) kan de tijd worden omgeschakeld.
De hoogtemeter bepaalt de hoogte in meters of voet.
Let op het volgende::
De berekening van de hoogte vindt plaats aan de hand van het meten van de luchtdruk.
•
Omdat de luchtdruk afhankelijk van de weersomstandigheden verandert, wijzigt daardoor ook
de indicatie van de hoogtewaarde.
Voer daarom voor het gebruik van de hoogtemetermodus (bijvoorbeeld voor een wandeling)
•
een referentiewaarde in de vorm van een bekende hoogte in.
Het meten van de hoogte in een vliegtuig met drukcabine is niet mogelijk.
•
Hoogtemeter instellen
Druk op de instelknop (18) en houd deze ingedrukt.
1.
Er kan nu worden gekozen of er met of zonder referentiewaarde een hoogte moet worden
2.
bepaald. Druk op de omhoog/omlaagknoppen (15, 16) om de functie in (on) of uit (off) te
schakelen.
Als de referentiewaarde wordt ingeschakeld, voer dan met behulp van de omhoog/
3.
omlaagknoppen (15, 16) de waarde in. Het pictogram
verschijnt in het uitleesvenster
en geeft aan, dat met referentiehoogte wordt gemeten. Als de gewenste eenheid nog niet
is ingesteld, druk dan op de instelknop (18) en keer later terug naar dit menupunt. Als de
referentie wordt uitgeschakeld, druk dan eveneens daarna op de instelknop (18).
Stel als volgende punt het actualiseringsinterval voor de opname in. Met de omhoog/
4.
omlaagknoppen (15, 16) kan tussen 1, 10, 30 en 60 minuten worden gekozen.
Druk op de instelknop (18). De weergave voor de eenheid van de hoogte knippert. Stel de
5.
gewenste eenheid met de omhoog/omlaagknoppen (15, 16) in.
Druk op de modusknop (17) om de instellingen op te slaan, of druk opnieuw tweemaal op de
6.
instelknop (18) om terug te gaan naar de referentie-instelling, voordat er wordt opgeslagen.
Barometermodus
9.
De eenheden voor druk en hoogte worden via de datum- /tijdinstelling ingesteld.
Zie hoofdstuk 8.1.
Als er wordt omgeschakeld tussen hoogtemeter- en barometermodus met de
omhoog/omlaagknoppen, of een functie uit beide modi wordt gebruikt, zorg er dan
voor dat de tijd in klokmodus wordt weergegeven.
Met de modusknop (17) kan de tijd worden omgeschakeld.
De barometer meet de luchtdruk en actualiseert deze elke 20 minuten. Deze geeft de luchtdruk
in Hecto-pascal,resp. in inches kwik aan.
Weersvoorspelling
Afhankelijk van de gemeten luchtdruk worden de volgende pictogrammen voor de
weersvoorspelling weergegeven:
zonnig
licht bewolkt bewolkt
neerslag
Let op het volgende:
De aanduiding toont niet de momentele weersgesteldheid, maar is een voorspelling voor de
•
komende 12 tot 24 uur.
Als er ´s nachts “zon” wordt weergegeven, betekent dit een heldere sterrenhemel.
•
De berekening van de weersvoorspelling, uitsluitend op basis van het luchtdrukverloop, geeft
•
slechts een maximale nauwkeurigheid van circa 70%.
Het daadwerkelijke weer de volgende dag kan daarom volstrekt anders zijn.
•
Omdat de gemeten luchtdruk alleen voor een gebied met een straal van circa 50 km
•
geldt, kan het weer ook snel omslaan. Dit geldt vooral voor gebieden in de bergen of het
hooggebergte.
Vertrouw daarom niet op de weersvoorspelling van de hoogtemeter, maar informeer ter plekke
•
of het bijvoorbeeld wel verantwoord is om een bergwandeling te maken.
De actualisatie van het pictogram van de weersvoorspelling vindt in een ritme van 20 minuten
•
plaats. Veranderen de weerpictogrammen niet, dan is ofwel de luchtdruk niet gewijzigd, of
de verandering zo langzaam opgetreden dat deze door de hoogtemeter niet kon worden
geregistreerd.
Summary of Contents for 86 04 27
Page 2: ...3 15 16 19 17 18 20 ...