96
GEWOON ONDERHOUD
Voer de werkzaamheden die in de paragraaf ‘STILSTAND’ beschreven zijn uit aan de hand van de
onderstaande tabel.
ONDERHOUDSINTERVAL
INGREEP
Bij ieder gebruik
• Controleer de voedingskabel, de hogedrukslang, de koppelingen, het
spuitpistool, de spuitlans.
Indien één of meerdere delen beschadigd zijn, gebruik dan de waterreiniger
beslist niet en wend u tot een Gespecialiseerd Monteur.
Wekelijks
• Controle en eventuele reiniging van het waterinlaatfilter (18).
Draai het slangaansluitstuk (25) los en verwijder het filter (18) uit de
aansluiting (17).
Normaal gesproken is het voor het reinigen van het filter voldoende dat u
het onder stromend water schoon spoelt of met perslucht schoon blaast.
Bij hardnekkig vuil antikalkmiddel gebruiken of het filter vervangen. Wend
u voor reserveonderdelen tot een Gespecialiseerd Monteur.
Hermonteer het filter door de bovenstaande procedure in omgekeerde
volgorde uit te voeren.
Maandelijks
• Reiniging van het mondstuk.
Voor reiniging volstaat het meestal de bijgeleverde pin (31) in het gat van
het mondstuk te voeren. Wanneer geen noemenswaardige resultaten
worden verkregen, vervang het dan en wend u voor de aankoop van
het vervangingsonderdeel tot een Gespecialiseerd Monteur. Het
mondstuk kan worden vervangen met een (niet-bijgeleverde) sleutel van
14 mm/0,55 in.
• Het filter op de reinigingsmiddel (46) reinigen.
Normaal gesproken is het voor het reinigen van het filter voldoende dat u
het onder stromend water schoon spoelt of met perslucht schoon blaast.
Bij hardnekkig vuil antikalkmiddel gebruiken of het filter vervangen. Wend
u voor reserveonderdelen tot een Gespecialiseerd Monteur.
• Het diesel vulfilter (47) reinigen.
Draai de dop van de dieseltank (7) los voor toegang tot het vulfilter. Neem
het filter uit en verwijder eventueel vuil. Wend u tot een Gespecialiseerd
Monteur als het vervangen moeilijk is.
BUITENGEWOON ONDERHOUD
Buitengewoon onderhoud moet aan de hand van onderstaande tabel (indicatieve gegevens) worden
uitgevoerd door een Gespecialiseerd Monteur.
ONDERHOUDSINTERVAL
INGREEP
Iedere 200 uur
• Controle hydraulisch circuit (water)
pomp.
• Controle van de pompbevestiging.
• Bijstelling van de elektroden.
• Oliepeil pomp controleren/bijvullen.
• Reiniging mondstuk gasolie.
• Controle/vervanging gasoliefilter.
• Controle/vervanging waterfilter.
Iedere 500 uur
• Vervanging oliepomp.
• Vervanging elektroden.
• Vervanging mondstuk gasolie.
• Controle inlaat-/uitlaatkleppen pomp.
• Controle aanhaling schroeven pomp.
• Controle regelklep pomp.
• Reiniging ketel.
• Verwijdering aanslag spiraal.
• Controle veiligheidsinrichtingen.
Summary of Contents for KP classic
Page 2: ......
Page 4: ...1 13 2 3 20 11 3 2 38 1 4 35 33 4 47 7 10 16 5 6 32 17 F G 4 7 8 9 19...
Page 5: ...2 35 1 4 38 49 35 1 4 38 50 36 4...
Page 6: ...4 3 29 41 42 44 43 1 2 44 45 46 40 21 27 28 31 30 37 48 24...
Page 8: ...8 1 2 A E B D C 1 2...
Page 74: ...74 1 0 22 10 15 23 22 24 40 5 S Classic Extra Classic KP KP PRO...
Page 78: ...78 18 25 18 17 28 14 mm 0 55 in 46 47 7 200 500...
Page 79: ...79 1 I 18 48 24 5 27 7 a 7 b 27 7 b 7 a 48 KP PRO 5 R 29 43 46 EL...
Page 80: ...80 Total Stop 1 38 36...
Page 164: ...164 1 0 22 10 15 23 22 24 40 5 S Classic Extra Classic KP KP PRO...
Page 168: ...168 28 14 0 55 46 47 7 200 500 1 I...
Page 169: ...169 18 4 8 24 H 5 27 7 a 7 b 27 7 b 7 a 48 KP PRO 5 KP PRO 29 43 46 RU...
Page 170: ...170 Total Stop 1 38 36...
Page 171: ......