NL
50
Reiniging en bewaring
OPGELET!
■
Het HEPA-
fi
lter en de schuimstof
fi
lter niet in water dompelen of onder stromend
water afspoelen, om beschadigingen te voorkomen. Zij zijn noch geschikt voor was-
machines en vaatwassers noch voor droogautomaten.
■
Het
fi
lterhouder is niet geschikt voor de wasmachine, noch de vaatwasmachine of
droogtrommel! Laat het
fi
lter houder uitsluitend in open lucht drogen, gebruik zeker
geen haardroger.
■
Gebruik voor de reiniging van de behuizing geen scherpe of schurende
reinigingsmiddelen. U kunt de oppervlakken beschadigen.
Na verloop van tijd kan het HEPA-
fi
lter verkleuren. Dit is normaal en heeft geen
nadelige gevolgen voor de werking.
Stofreservoir legen en de
fi
lters reinigen
1. Het stofreservoir (
7
) van het motorblok (
3
) verwijderen.
Daartoe een stukje draaien. Hij komt los van het motorb-
lok en kan worden verwijderd.
2. De schuimstof
fi
lter uit de opening van het stofreservoir
verwijdern,
uitkloppen en eventueel schoonmaken met
een zachte borstel.
3. Het stofreservoir boven een geopende vuilnisbak houden.
De afstand tot de vuilnisbak moet zo klein mogelijk zijn,
zodat het stof zich niet over de omgeving verdeelt.
4. De sluiting van de bodemklep (
e
) van het stofreservoir
licht wegtrekken. De bodemklep gaat open en het vuil valt
eruit.
5. Voor het sluiten de bodemklep op het stofreservoir
drukken. De sluiting moet hoorbaar vastklikken.
HEPA-
fi
lter en
fi
lterhouder reinigen
1. Stofreservoir (
7
) legen (zie onderstaand). De bodemklep (
e
) niet sluiten.
2. In het stofreservoir grijpen. De
fi
lterhouder (
g
) een stukje draaien, tot hij loskomt en
kan worden verwijderd.
3. Het HEPA-
fi
lter (
f
) uit de
fi
lterhouder trekken.
4. Beide onderdelen uitkloppen en eventueel schoonmaken
met een zachte borstel.
5. De
fi
lterhouder kan ook worden afgespoeld met schoon
water.
LET OP:
het HEPA-
fi
lter niet nat reinigen!
6. Het stofreservoir bij behoefte vochtig afvegen.
7. Alle onderdelen vóór de montage volledig aan de lucht laten drogen.
LET OP:
nooit
natte of vochtige componenten monteren en aan het motorblok
(
3
)
aanbren-
gen!
De montage gebeurt in omgekeerde volgorde.
open
dicht
e
f
g