
29
Opbouw
1
Trek de rondeteller uit op de breedte van de gebruikte rail (afb.
1
).
Leg de zijdelingse kanten van de rail in de bevestigingen aan de
voet van de rondeteller.
Voertuigopstelling
1
2
Voertuigopstelling (afb.
1
)
Stel de voertuigen zodanig op, dat zij in rijrichting dicht voor de licht-
barrière (afb.
2
) van de rondeteller staan.
Werkwijze
1
2
De rondeteller herkent een voertuig bij het doorrijden van de licht-
barrière. Er kunnen ronderaces
1
of tijdraces
2
afgewerkt wor-
den. Daarbij kunnen maximaal 999 ronden of 59 minuten en 59
seconden worden ingesteld.
einstellen.
Instellingen
C
D
E
Alle instellingen en weergaven worden gemaakt met behulp van de
twee knoppen
C
en
E
. Tijdens en na een race kan via de
E
-toets
diverse informatie over de race worden opgeroepen.
Inschakelen
050
00
:
44
:
28
050
00
:
44
:
28
1
Schuif de Aan-/uit-schakelaar (
D
) op ON. Het display toont de in-
voermodus ronderace aan (afb.
1
, knipperend).
Racemodus instellen
050
00
:
44
:
28
050
00
:
44
:
28
1
050
05:00:
045
00
:
44
:
28
2
Na het inschakelen van de rondeteller staat deze automatisch in de
rondenmodus (afb.
1
). Bij de eerste ingebruikname is het aantal
ronden vooraf op 50 ingesteld. De rondeteller slaat het laatst inge-
stelde aantal ronden op en toont dit de volgende keer dat het wordt
opgeroepen. Om over te schakelen naar de tijdmodus (afb.
2
),
drukt u eenmaal op de toets
E
. De tijdsaanduiding knippert nu. Bij
de eerste ingebruikname is de tijd vooraf op 5 minuten ingesteld. De
rondeteller slaat de laatst ingestelde tijd op en toont dit de volgende
keer dat het wordt opgeroepen.
INSTRUCTIE: Als er gedurende ca. 10 minuten geen gegevens
worden ingevoerd, schakelt de rondeteller automatisch uit.
Summary of Contents for Evolution Go!!! 20071590
Page 2: ...2...