NL
134
5.3 Helderheidsgrenswaarde
Deze functie wordt door de helderheidssensor, het lenzenstelsel en de potentiometer "lux"
bepaald.
De geïntegreerde lichtsensor meet continu de gereflecteerde helderheid boven aan het
plafond en vergelijkt deze belichtingssterkte met de op de presentiesensor ingestelde
grenswaarde (verkiesbaar van 5 tot 1000 lux).
AANWIJZING
De ingestelde luxwaarde* heeft betrekking op de gereflecteerde helderheid op de
presentiesensor
en niet op de op de werkplek aanwezige helderheid. Gewoonlijk is de
door de presentiesensor geregistreerde luxwaarde duidelijk lager dan de op de
werkplek aanwezige luxwaarde.
Voorbeelden:
*ca. 50 lux
>
gang:
ca. 150 lux
*ca. 150 lux
>
kantoorruimte:
ca. 400 lux
*ca. 250 lux
>
laboratorium:
ca. 650 lux
Deactiveren van de helderheidsmeting:
Functionaliteit
1000
500
5
100