
12.2011 |
C3
| Accular
Automotive Aftermarket
35
| nederlans
Explosie- en brandgevaar!
3
Gebruik de lader niet voor het opladen van
droge of niet heroplaadbare accu’s.
3
Zorg ervoor dat explosieve of brand-
bare stoffen bijv. benzine of oplosmiddelen
bij het gebruik van de lader niet kunnen
worden ontstoken!
3
De laadaansluitkabel mag geen contact tot
een brandstofleiding ( bijv. benzineleiding)
hebben.
3
Zorg tijdens het laden voor voldoende
ventilatie.
3
Plaats de uitgebouwde accu tijdens het
laden op een goed geventileerd oppervlak.
3
Gebruik de lader niet voor het op-
laden en onderhoudsladen van een bescha-
digde of bevroren accu!
3
Zorg ervoor dat de netstroomaansluiting van de
netstroom is uitgerust volgens de voorschriften,
met 230 V ~ 50 Hz, nulgeleider, een 16 A zeke-
ring en een foutstroombeveiligingsschakelaar!
3
Stel de lader niet bloot aan de nabijheid van
vuur, hitte en langdurende temperatuur-
inwerking boven 50 °C!
3
Dek de lader tijdens de werking niet af!
3
Bescherm de elektrische contactvlakken
van de accu tegen kortsluiting!
3
Gebruik de lader niet op of direct aan de accu!
3
Plaats de lader zo ver van de accu verwijderd
als de laadkabel toelaat.
Gevaar voor brandwonden!
3
Draag een veiligheidsbril! Draag veiligheids-
handschoenen! Wanneer ogen of huid met
het accuzuur in contact gekomen zijn, spoel dan
het betreffende lichaamsgedeelte onmiddellijk
af met veel stromend, helder water en consul-
teer onmiddellijk een arts!
Gevaar voor elektrische schokken!
3
Demonteer de lader in geen geval. Een niet
correct gemonteerde lader kan leiden tot
levensgevaar door elektrische schok.
3
Voer de montage, het onderhoud en de
verzorging van de acculader alleen vrij van
netstroom uit!
3
Pak de pool-aansluitklem
(–) en (+) uitsluitend
vast aan het geïsoleerde gedeelte!