N
E
IInnlleeiiddiinngg
Let op!
Deze handleiding gaat uit van het gebruik van regelbare microfooningangen en
een regelbare lijnuitgang, de meest voorkomende toepassing van de
SmartMixer. Alle ingangen en de uitgang kunnen echter met behulp van de
meegeleverde SmartMixer software individueel geschakeld worden om een
ingangs/uitgangssignaal te bereiken met elke combinatie van microfoon- en
lijnniveau. Zie voor meer informatie de handleiding van de software
De SmartMixer AT-MX381
De Smart-Mixer AT-MX381 van Audio-Technica is een microprocessorgestuurde
programmeerbare automatisch schakelende achtkanaals audiomixer. De mixer is
geschikt voor dynamische en condensatormicrofoons van lage impedantie
(inclusief draadloze microfoonsystemen) evenals voor bronnen met een lijnuitgang.
De AT-MX381 is ontworpen voor de verbetering van de geluidskwaliteit bij
applicaties als radio- en tv-uitzendingen, geluidsversterking en opnamen. Een
van de manieren om dit te bereiken is door het aantal open microfoons tot een
minimum te beperken om achtergrondruis, rondzingen en andere stoorgeluiden
te verminderen terwijl een volledig transparante schakeling tussen de kanalen
direct beschikbaar is.
Elke van de acht gebalanceerde ingangen van de SmartMixer AT-MX381 levert
schakelbaar 48 V fantoomvermogen; op elke ingang is ook demping beschik-
baar om het gebruik van signalen op lijnniveau mogelijk te maken. De hoofduit-
gang van de mixer is gebalanceerd en heeft geen polariteitsomkering. Naast
een enkele hoofduitgang zijn voor elk ingangskanaal individuele rechtstreekse
uitgangen beschikbaar. Alle audioaansluitingen worden beëindigd door
blokschroefconnectoren.
Totaal zestien AT-MX381 Smartmixers (met totaal 128) kanalen kunnen worden
doorgelust met behulp van de meegeleverde linkkabel die bedoeld is voor het
transport van stuurbus-, audio- en configuratiegegevens tussen de aanges-
loten mixers. Wanneer meerdere mixers op deze manier onderling worden ver-
bonden, werken zij als één mixer. Daardoor zorgt elke op een van de mixers
geactiveerde microfoon dat de betreffende schakelfuncties worden uitgevo-
erd. Wegens het linkdataprotocol (gebruikt voor computerbesturing en externe
RS232-besturing) kunnen de SmartMixers AT-MX351 en AT-MX341a niet wor-
den gekoppeld met AT-MX381 SmartMixers.
De AT-MX381 bevat twee afzonderlijke externe
besturingssystemen:Contactverbrekers per kanaal afzonderlijk (via DB25-con-
nector) en pc-besturing (via RS232-connector). De RS232-connector kan ook
worden gebruikt om een extern besturingssysteem aan te sluiten (Crestron© of
AMX© met gebruikmaking van het “open-disclosure communicatieprotocol”)
om de SmartMixer te bedienen.
Overzicht van eigenschappen van de AT-MX381
• Acht gebalanceerde ingangen geschikt voor microfoon- en lijnsignalen.
Elke ingang levert:
°
48 V fantoomvermogen (individueel selecteerbaar)
°
Afzonderlijke bedieningsknoppen voor het regelen van versterking
en geluidsvolume.
°
Instelbare poortverzwakking (vanaf 0 dB tot volledig stilgeschakeld in
stappen van 12 dB)
°
Low-cut filter (afzonderlijk selecteerbaar via SmartMixer software)
om het opnemen van ongewenste ruis tot een minimum terug te brengen)
• NOMA (Number of Open Mics Attenuated = aantal geopende gedempte
microfoons) (selecteerbaar)—Automatische versterkingsregeling terwijl
elke microfoon geactiveerd is
• Selecteerbare handmatige modus heft automatische functies op
• Selecteerbare hold-tijd maakt het mogelijk dat microfoons ingeschakeld
blijven tijdens korte pauzes in conversaties
• Doorkoppelmogelijkheid voor zestien units (tot 128 kanalen)
• Dankzij de mogelijkheid voor externe besturing kan de SmartMixer andere
apparaten activeren
• Een RS232-datapoort biedt een aansluitpunt voor een pc waarop
SmartMixer software draait voor het configureren van de belangrijkste
bedieningsfuncties
• Compatibel met Crestron® of AMX® systemen
• Uitgangsniveaumeter
• Uitgang met volumeregeling voor monitorhoofdtelefoon
• De elementaire functies worden op de hoofdunit ingesteld; gedetailleerde
instellingen met behulp van SmartMixer software
Prioriteitsvoorkeuze
In verband met de vereisten voor conferenties kan de modus van elk micro-
foonkanaal onafhankelijk worden geschakeld. Door de combinatie van verschil-
lende schakelaarinstellingen zijn drie verschillende modussen van prioriteitsse-
lectie/bediening beschikbaar. (Zie pagina 33, “Microfoons met prioriteit en de
blokkeringsbus.”)
Last Mic On
In elke van de drie bedieningsmodussen blijft de laatste actieve microfoon
ingeschakeld (“on”) wanneer het spreken stilvalt. Hierdoor blijft de sfeer in de
gespreksruimte hoorbaar. Deze functie wordt doorgekoppeld naar alle
aangesloten mixers zodat slechts één microfoon in het hele systeem
ingeschakeld blijft.
Poortverzwakking
Wanneer een microfoon is “uitgeschakeld”, is alleen de ingang ervan
gedempt. Deze demping is standaard ingesteld op –36 dB. De hoeveelheid
“uit”-demping (poortdemping) kan via de software van de SmartMixer worden
ingesteld. (Zie pagina 34, “Poortdemping instellen”.)
Handmatige (niet-automatische) modus
Als de automatische functies niet gewenst zijn, kan de SmartMixer in hand-
matige modus worden geschakeld, waarbij de automatische schakel- en
dempingsfuncties van de mixer genegeerd worden en de unit zich als een
conventionele mixer gedraagt. In de handmatige modus kan het niveau van
elke ingang met behulp van de daarmee verbonden versterkings- en niveau-
regelaars aan de voorzijde van de mixer worden ingesteld.
NOMA (Number of Open Microphones Attenuated)
In het Nederlands: het aantal gedempte open microfoons. In een systeem dat
uit meerdere microfoons bestaat, kan naarmate meer microfoons
ingeschakeld (geopend) worden, de toegenomen systeemversterking een
mogelijke bron van rondzingen vormen. De NOMA-functie helpt nagalm te
onderdrukken door de toegenomen systeemversterking te compenseren. In de
AT-MX381 herkent een ingebouwd algoritme hoeveel microfoons
ingeschakeld zijn en stelt vervolgens de systeemversterking automatisch naar
behoefte in. Omdat het gebruik van NOMA niet altijd geschikt of wenselijk is,
wordt de AT-MX381 geleverd met uitgeschakelde NOMA-functie. Zie de han-
dleiding van de software voor aanwijzingen over het activeren van NOMA
Connector voor externe besturing (25-polige D-Sub)
Om een flexibele integratie van de AT-MX381 met externe besturings- en indi-
catieapparatuur mogelijk te maken, is aan de achterzijde van de unit een 25-
polige connector aangebracht. Via deze connector zijn voor elk ingangskanaal
drie functies beschikbaar:
1. “Force-On” (inschakeling forceren) – hiermee kan een externe
contactverbreker de hieraan gekoppelde ingang geforceerd inschakelen.
2. “Force-Off” (uitschakelen forceren) – hierdoor kan een externe
contactverbreker de hieraan gekoppelde ingang geforceerd uitschakelen.
3. “Control Voltage Out” (stuurspanning uit) – een spanning verschijnt
wanneer de poort van de hiermee verbonden ingang open gaat of
ingeschakeld wordt.
Let op: Externe contactverbrekers heffen pc-besturing op.
Zie voor meer informatie het hoofdstuk “Externe logische schakelingen en stu-
urspanning” op pagina 34.
RS232-stuurpoort
Aan de achterzijde van de unit is een 9-polige RS232-poort beschikbaar om de
aansluiting mogelijk te maken van een computer waarop de software van de
SmartMixer of een extern besturingssysteem (Crestron© of AMX©) draait met
gebruikmaking van het “open-disclosure” communicatieprotocol. Zie voor
informatie over items die door de computer aangestuurd worden de tabel met
besturingsfuncties op pagina 32.
30
• Past in 1U-montageruimte van een 19-inch rek; adapters voor rekmontage
worden meegeleverd