39
NEDERLANDS
Afb. 23
Afb. 24
Sluit een 8-9 mm-slang hier aan
om de afvoerslang te verlengen
Tijdens de modus Heat en Dry moet u
de afvoerslang op de afvoeruitlaat op de
achterkant van de eenheid aansluiten
om het condensaat uit de eenheid af
te voeren. Anders werkt de eenheid
mogelijk niet normaal en wordt “P1”
op het display weergegeven.
A. Afvoeren in een uitlaat die zich lager
dan de eenheid bevindt.
B. De eenheid beschikt over een pomp
die het condensaat afvoert.
Tijdens de koelmodus vervangt u de
rubberstopper op de slangconnector
om maximale prestaties te bereiken.
U kunt de afvoerslang zo nodig verlengen
door de afvoerslangadapter op het
uiteinde van de afvoerslang aan te
brengen en vervolgens een 8-9 mm slang
te gebruiken om te verlengen (afb. 24).
Nu u vertrouwd bent met de bediening
van het toestel zijn er nog meer functies
die u moet leren kennen.
7.3 Afvoer
7.4 Bedieningstips
•
Het koelcircuit beschikt over een
automatische uitgestelde start van
3 minuten indien het systeem snel aan
en uit wordt geschakeld. Dit voorkomt
oververhitting van de compressor
en een mogelijk activering van de
stroomonderbreker. De ventilator zal
op dat moment wel blijven draaien.
•
De temperatuur kan worden
aangepast tussen 16 °C en 32 °C.
•
Het regelsysteem kan de temperatuur
weergeven in graden Fahrenheit of
graden Celsius. Om tussen de twee
temperatuureenheden te schakelen,
druk gedurende 3 seconden tegelijk
op de toetsen “TEMP” omhoog (+)
en “TEMP” omlaag (-).
•
Wanneer u de ventilator selecteert,
duurt het 2 seconden voordat de
compressor wordt uitgeschakeld. De
reden hiervoor is de mogelijkheid dat
u slechts doorbladert om een andere
mode te selecteren.
•
Na een stroomstoring zal het systeem
de laatste instelling onthouden en het
systeem naar dezelfde instellingen
terugstellen na het herstellen van
de stroomtoevoer.
•
Het bedrijfsbereik voor de
binnentemperatuur van dit product
is 16 °C tot 35 °C.
•
Tijdens normale bediening toont
het display van de eenheid
kamertemperatuur, maar als de
kamertemperatuur boven 37 °C is,
toont het display “HI”.
•
Na 60 seconden inactiviteit op
het bedieningspaneel gaan het
display en indicatielampjes uit.
Druk op een willekeurige toets
van het bedieningspaneel of de
afstandsbediening om het display
weer in te schakelen.