Zorg dat de kachel uit is.
Open het deksel en til de wisseltank uit de kachel (fig. B). Let op: de tank kan
even nadruppelen. Zet de wisseltank neer (dop naar boven, handvat naar
beneden) en schroef de tankdop eraf.
Vul de uitneembare tank met behulp van een brandstofpomp (bekijk de
instructies van de brandstofpomp). Zorg dat deze hoger staat dan de wissel-
tank (fig. D). De geribbelde slang steekt u in de opening van de wisseltank.
Let tijdens het vullen op de brandstofmeter van de wisseltank (fig. E). Als u
ziet dat deze vol is, stop dan met vullen. Maak de tank nooit te vol. Vooral
niet als de brandstof erg koud is (brandstof zet uit als deze warmer wordt).
Laat de brandstof die nog aanwezig is in het pompje, terugstromen in de jer-
rycan en verwijder het pompje voorzichtig.
Schroef de tankdop nauwkeurig op de tank. Veeg eventueel gemorste brand-
stof weg.
Controleer of de tankdop recht zit en goed is aangedraaid. Plaats de wissel-
tank weer in de kachel (dop naar beneden). Sluit het deksel.
C
HET GOED ZETTEN VAN DE KLOK
De juiste tijd kunt u alleen instellen als de kachel niet brandt, maar de stekker wel
in het stopcontact zit. U gebruikt hiervoor de insteltoetsen
. Druk eerst op één
van beide toetsen om deze functie in te schakelen (de 4 cijfers
gaan dan
knipperen). Vervolgens kunt u de uren instellen met de toets (
쑼
hour) en de
minuten met de toets (
쑿
min.). Door éénmaal te drukken, verhoogt u de waarde
stap voor stap. Wanneer u de toets ingedrukt houdt, loopt de waarde op tot u de
toets loslaat. Na ongeveer 10 seconden stoppen de 4 cijfers met knipperen en
staat de instelling vast. Vijf minuten na het uitschakelen van de kachel, verdwijnt
de informatie op het display en komt de kachel in de stand-by stand. Door op een
willekeurige toets te drukken, wordt de tijd weer zichtbaar.
Als de stekker langer dan 10 minuten uit het stopcontact is geweest (of de
stroom is uitgevallen), moet u de tijd opnieuw instellen.
D
HET AANMAKEN VAN DE KAC HEL
Een nieuwe kachel veroorzaakt in het begin extra geur. Zorg dus voor extra venti-
latie.
Maak de kachel altijd aan met behulp van de
-toets
. Gebruik nooit lucifers of
een aansteker.
Om de kachel te ontsteken, hoeft u alleen even op de
-toets
te drukken. Deze
gaat dan knipperen, ten teken dat de ontstekingsprocedure in werking is. Dit duurt
even. Als de kachel eenmaal brandt, blijft de
-toets
rood. Het informatiedisplay
toont twee getallen. Onder ROOM staat de huidige temperatuur, terwijl onder
SET de ingestelde temperatuur wordt vermeld. Deze laatste kunt u veranderen met
behulp van de insteltoetsen (zie hoofdstuk E).
E
HET INSTELLEN VAN DE GEWENSTE TEMPERATUUR
U kunt de ingestelde temperatuur alleen veranderen als de kachel aan is. U
gebruikt hiervoor de insteltoetsen
. Druk eerst op één van beide toetsen om deze
functie in te schakelen (het °C teken en de 4 cijfers
gaan dan knipperen).
2
1
1
118
G: Links de gewenste
temperatuur, rechts de
gemeten temperatuur.
F: Als de 4 cijfers niet
meer knipperen, staat de
tijd vast ingesteld.
+
+
D
C
E
leeg
vol
B