BASISFUNCTIES
5
Nl
Ne
d
e
rl
a
nds
Op de ingestelde tijd zal het alarm klinken. Tijdens het klinken ervan zijn de onderstaande handelingen
mogelijk.
U kunt instellen op welk moment het systeem zichzelf uitschakelt wanneer de slaapinstelling aanstaat.
Handelingen tijdens het klinken van het alarm
■
De sluimerfunctie gebruiken
Druk op
SNOOZE/SLEEP
.
Het alarmgeluid stopt en zal na
5 minuten weer verder gaan.
■
Het alarm uitzetten
Druk op
ALARM
of .
y
• Indien u het alarm niet uitzet, zal het alarm na
60 minuten automatisch stoppen.
• Wanneer u het alarm uitzet, worden de
instellingen van de alarmtijd, etc. opgeslagen
voor eenvoudig hergebruik.
Slaapinstelling
Slaaptijd selecteren.
U kunt deze instellen op 30, 60, 90 of
120 minuten.
Indien de slaapfunctie is ingesteld, zal
de slaapindicator (
) oplichten.
y
Om de slaapfunctie te annuleren drukt u op
SNOOZE/SLEEP
.
Timer instelling
U kunt de afteltimer instellen.
1 Druk op
TIMER
.
2 Stel de afteltijd in via
TUNING
.
U kunt de tijd instellen,
• van 1 tot 15 minuten: per minuut.
• van 20 tot 120 minuten: per 10 minuten.
3 Druk op
TIMER
.
Het aftellen begint. Wanneer de timer
op 0 staat, zal het timergeluid klinken.
y
• Druk op
TIMER
om het timergeluid te stoppen.
• Om de timer te annuleren drukt u tijdens het
aftellen op
TIMER
.
Slaapfunctie en timer kunnen niet op hetzelfde
moment gebruikt worden.
• Slaapfunctie kan niet worden ingesteld
tijdens het aftellen.
• Slaapfunctie wordt uitgezet als deze aanstaat
op het moment dat de timer wordt ingesteld.
Slaapindicator (
) en
frontpaneel display knipperen.
Druk meerdere malen in.
Opmerking
Frontpaneel
display knippert.
Tellen start.