13
15. Zie de KABELDIAGRAMMEN op pagina 27
voor het vaststellen van de Armkabel (51).
Breng vet aan op een M10 x 32mm Bout (59).
Bevestig het uiteinde van de Armkabel (51) aan
de Rechterarm (13) met de M10 x 32mm Bout
(59), een M10 Tussenring (73) en een M10
Slotmoer (68).
Draai de Slotmoer niet te vast
aan; het uiteinde van de Armkabel moet
makkelijk kunnen draaien.
15
73
68
59
13
51
17. Leid de Armkabel (51) onder een Katrol (42).
Bevestig de Katrol (42) en twee Kabelgeleiders
(52) aan een kant van de Offset Dubbele U-
beugel (85) met een M10 x 50mm Bout (58),
twee M10 Tussenringen (73), en een M10
Slotmoer (68).
Zorg dat de Kabelgeleiders (52) de Armkabel
(51) vasthouden in de groef van de Katrol
(42).
17
16. Leid de Armkabel (51) over een Katrol (42).
Bevestig de Katrol (42) en twee Kabelgeleiders
(52) aan de rechter U-beugel (22) op de
Staander (5) met een M10 x 50mm Bout (58),
twee M10 Tussenringen (73), en een M10
Slotmoer (68).
Zorg ervoor dat de
Kabelgeleiders zijn gericht zoals getoond.
Zie de inzettekening.
Zorg dat de
Kabelgeleiders (52) de Armkabel vasthouden
(51) in de groef van de Katrol (42).
16
42
42
51
52
52
58
85
73
52
51
73
58
5
52
22
52
52
51
42
Smeer
vet
68
73
68