21
NL
Drukverminderingsklep,
type DRVD
Algemeen
De DRVD-drukverminderingsklep moet worden gebruikt in
koud- en drinkwatersystemen. Hij houdt de stroomafwaartse
druk automatisch op de ingestelde waarde zolang de
inlaatdruk hoger is.
De DRVD is ongevoelig voor stroomopwaartse drukvariaties.
Hij wordt in het bijzonder aanbevolen voor alle collectieve of
industriële installaties.
Toepassingsgebieden
Voor de bescherming van koud- en drinkwaternetwerken.
Dit apparaat verlaagt en stabiliseert de druk op een vaste
waarde, ongeacht variaties in de stroomopwaartse druk
en het debiet in de pijpleiding. De DRVD is ideaal voor elke
hoofduitbreiding of regeling van secundaire circuits.
Let op: De toepassingen hangen ook af van de
betreffende nationale wetgeving. Neem contact op met
de nationale instanties.
Technische gegevens
Soort vloeistof: drinkwater/onbehandeld water
Werking: horizontale positie
Aansluiting: geflensd volgens EN 1092-2
Aansluiting drukmeter: Vrouwelijk (1/4'')
Toelaatbare werkdruk:
- PFA 16 bar: instelbereik 1,5 tot 6 bar of 2 tot 8 bar
- PFA 25 bar: instelbereik 4 tot 12 bar
Maximale bedrijfstemperatuur: 40°C
Normen - Goedkeuringen
Fabrieks- en hydraulische tests volgens EN12266
Naleving van de KTW- (Duitsland) en WRC-vereisten (VK)
Flensverbinding volgens EN1092-2, ISO7005-2
1. Werkingsprincipe
De DRVD is een direct werkende drukverminderingsklep:
de klep wordt geregeld door de stroomafwaartse druk
die onder de zuiger werkt tegen de veerkracht. De
stroomafwaartse druk werkt rechtstreeks in de regelkamer,
onder het bovenste deel van de klep door een speciale
opening.
De stroomafwaartse druk wordt te allen tijde in evenwicht
gehouden door de veerwerking die de klep doet bewegen
wanneer het debiet of de systeemdruk verandert.
2.1 Voorlopige inspectie
Controleer vóór de inbedrijfstelling of de installatie en de
kwaliteit van het water voldoen aan de geldende voorschriften,
met name NF EN 806-2, NF P40-20, DTU 60.1 en decreet
nr. 2001-1220.
Controleer ook of de installatie niet beschadigd is door
vervoer of behandeling. Repareer indien nodig.
Zorg ervoor dat de leidingen waarop de drukverminderingsklep
wordt geïnstalleerd vrij zijn van lasresten en ander afval. Er
moet voldoende ruimte zijn voor afstelling of onderhoud van
de drukverminderingsklep.
2.2 Verplichte installatievoorwaarden
Horizontale leidingen vereist, met de stelschroef van de
DRVD naar boven gericht. Het is essentieel dat de DRVD
tussen 2 stroomopwaartse en stroomafwaartse afsluiters
wordt gemonteerd en wordt beschermd door een filter
stroomopwaarts en een ontluchter stroomafwaarts.
Volg het onderstaande schema.
De montagerichting wordt aangegeven door een pijl op de
behuizing.
1: drvd-drukverminderingsklep
2: filter
3: ontluchter
4: isolatieklep
5: demontage-afdichting
Het verdient aanbeveling om te zorgen voor een gemakkelijke
toegang door stroomopwaarts te voorzien in een afsluiter en
een filter om schade aan de klep te voorkomen.
Om alle montage- en onderhoudswerkzaamheden te
vergemakkelijken, is het noodzakelijk een demontage-
afdichting te installeren.
ACS
2. Installatie-instructies
stroomopwaartse drukmeting
rechtsom draaien: drukverhoging
stroomafwaartse drukmeting
Содержание DN100
Страница 44: ...44 NOTES ...