199
- Indien u “
no
” kiest, wordt u gevraagd om een
programma voor Dinsdag te maken(herhaal de
stappen hiervoor beschreven)
- Indien u “
Yes
” kiest, kunt u het aangemaakte
programma kopieren naar de volgende dag (
Dinsdag naar Woensdag... naar de laatste dag van
de week 7= Zondag).
Wanneer u
(OK)
drukt op Zondag, krijgt u de vraag
om uw programma op te slaan.
“
Save
” en een groen knipperende LED verschijnen:
Druk
(OK)
om uw programma op te slaan en naar
AUTO
modus te gaan. Uw aangemaakte
programma zal nu gevolgd worden.
200
Druk
(
)
als u uw aanpassingen wilt wissen.
U komt hierna weer terug in het hoofdmenu.
3.6
Vakantie modus
In dit menu kunt u de Vorstbeveiliging temperatuur
instellen voor een aantal (in te geven) dagen.
- U kunt de duur van afwezigheid instellen per dag
“
d
” met
(-)
of
(+).
Bevestig uw keuze met
(OK)
om
dit programma te starten.
(Instelbaar 1 tot 99 dagen)
- De Vorstbeveiliging temperatuur is af fabriek 10°C.
U kunt dit aanpassen in het parameter menu
nummer
06
‘
HG
’
(zie hoofdstuk
6).
Het
logo zal oplichten en het resterende aantal
dagen zal aangegeven worden.
201
Indien u het vakantie programma eerder wilt
beëindigen, stelt u met de
(-)
toets het resterend
aantal dagen naar
“
no
”.
3.7
Timer modus
De Timer modus biedt de mogelijkheid om de
temperatuur voor een bepaalde tijd vast te zetten
U kunt hiervan gebruik maken indien u een aantal
dagen thuis bent of juist weg bent. (afwijkend van
het eventuele programma).
- U kunt hier een aantal uren “
H
” (indien korter dan
24), of dagen “
d
” instellen met
(-)
of
(+).
Met
(OK)
bevestigd u uw keuze (instelbaar van 1 uur tot 99
dagen).
- Daarna stelt u de gewenste temperatuur in met
(-)
of
(+)
(Af fabriek 22°C).
Door
(OK)
te drukken zal
de timer functie starten.
202
Het
logo zal verschijnen en het resterende aantal
uren/dagen zal aangegeven worden.
Indien u voortijdig de timer functie wilt stoppen,
stelt u met
(-)
de tijdsduur naar
“
no
”.
4 Speciale
functie
4.1
Toetsen vergrendeling
Met deze functie voorkomt u wijzigingen aan uw
instellingen door anderen.
- Om deze functie te activeren houdt u
(
)
ingedrukt en drukt u gelijktijdig op
( )
.
- Het “
” logo zal verschijnen.
- Op dezelfde wijze beëindigt u de toetsblokkering
weer.
203
4.2
Informatie
Met deze functie kunt u alle gemeten temperaturen
uitlezen. Ook van de aan uw thermostaat
verbonden sensoren (optioneel).
Met de
(
)
toets kunt u
langs de verschillende
temperaturen “scrollen”.
U kunt de onderstaande waarden bekijken:
- Ingestelde temperatuur.
- Ruimte temperatuur
- Indien een externe sensor is gemonteerd :
De vloertemperatuur (indien als zodanig gebruikt).
De buitentemperatuur (indien als zodanig gebruikt).
Indien de parameter “
SenS
” is ingesteld als “
Air
”,
zal de externe sensor de buitentemperatuur kunnen
weergeven.
204
5 Parameters
menu
In dit menu kunt u specifiek voor uw
installatie/wensen instellingen aanpassen.
Door
( )
5sec ingedrukt te houden komt u in dit
menu.
De eerste parameter verschijnt:
Met
(
◄
)
of
(
►
)
gaat u naar de in te stellen
parameter. Door
(OK)
te drukken kunt u met
(-)
of
(+)
de parameter aanpassen. Met
(OK)
bevestigt
u
de aanpassing.
Om het parameter menu te verlaten gaat u met
(
◄
)
of
(
►
)
naar «
End
» en drukt u
(OK)
.