VONROC IT501DC, Оригинальное руководство пользователя, Страница: 12 / 32

12
NL
WWW.VONROC.COM
2. TECHNISCHE INFORMATIE
Bedoeld gebruik
De thermometer wordt gebruikt voor contactloze
temperatuurmeting binnen het toegestane tempe-
ratuurbereik. Gebruik is alleen toegestaan in een
droge omgeving; contact met vocht moet te allen
tijden worden vermeden. Gebruik op medisch terrein
is niet toegestaan. Onjuist gebruik of wijzigingen
aan de thermometer of het gebruik van componen-
ten die niet zijn getest en zijn goedgekeurd door de
fabrikant, kunnen onvoorziene schade tot gevolg
hebben! Het apparaat is niet geschikt voor commer-
cieel of industrieel gebruik.
TECHNISCHE SPECIFICATIES
Model Nr. IT501DC
Temperatuurbereik -40 °C + 530 °C
Nauwkeurigheid
• -40 °C – 0 °C
• 0 °C – 300 °C
• 300°C – 530 °C
±3 °C
±2 °C(±2%)
±3%
Reproduceerbaarheid ± 1 °C
Reactietijd ≤1000ms
Optische resolutie (D:S) 12:1
Resolutie 0,1 °C
Batterij 2x 1.5V AAA
Toegestane luchtvochtigheid 0-85% RH
Toelaatbare bedrijfstemperatuur 0 °C -40 °C
Gewicht (zonder batterij)
125 g
Laser
Risicoklasse
Klasse 2 vlgs.
EN60825-1: 2014;
Kleur Rood
Golflengte 630-660 nm
Max. uitvoer ≤ 1 mW
BESCHRIJVING
De nummers in de tekst verwijzen naar de diagram-
men op pagina 2-3.
Afb. A.
1. Display
2. Knop [C/F]
3. Schakelaar
4. Batterijklepje
5. Laser
6. Infraroodsensor
Afb. B.
7. Temperatuureenheden
8. Gemeten waarde
9. Max waarde
10. Indicator gering vermogen batterij
3. ASSEMBLAGE
De batterijen vervangen
• Open het batterijklepje (4).
• Sluit de batterij aan. Let goed op de juiste pola-
riteit!
• Sluit het batterijvak.
4. BEDIENING
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel door
defecte componenten! Het product mag
alleen in gebruik worden genomen als er
geen defecten worden ontdekt. Zorg ervoor
dat eventuele defecte onderdelen worden
vervangen voordat het product weer wordt
gebruikt.
Controleer het apparaat:
• Controleer alle onderdelen zodat u zeker weet
dat ze goed vastzitten.
• Controleer het apparaat op zichtbare defecten:
gebroken onderdelen, scheuren, enz.
Gebruik
De thermometer meet de oppervlaktetemperatuur
van een object. De sensor meet de uitgestraalde,
gereflecteerde en gepenetreerde warmtestraling
van het object en zet deze informatie om in een
temperatuurwaarde.
• Metingen van metalen of glanzende oppervlak-
ken geven onnauwkeurige meetwaarden. U
kunt dit oplossen door dergelijke oppervlakken
te bedekken met een strook mat plakband of
een dunne laag zwarte verf.
• De thermometer kan geen metingen uitvoeren
door transparante oppervlakken, zoals glas,
heen. Dan wordt de oppervlaktetemperatuur
van het glas gemeten.