37
a) Betekenis van de weergave-led’s
Led
Betekenis
FULL
Laadindicator (knippert bij meer dan 75 % opladen continu: volledig opgeladen)
MID
Laadindicator (accuniveau minder dan 75 %)
LOW
Laadindicator (accuniveau minder dan 50 %)
De indicator brandt, als de aangesloten accu defect is.
De indicator brandt bij verwisseling van de polariteit van de kabelaansluiting. Controleer de
laadcontacten op verwisselde polariteit. Verhelp het probleem.
AGM
Deze modus (wintermodus) (14,7 V/4,5 A voor lood-accu’s) wordt bij een lage omgevings-
temperatuur toegepast. Deze modus wordt ook voor AGM-accu’s aangeraden.
LITHIUM
Deze modus is bedoeld voor het laden van 12V-lithium-accu’s (de led’s
AGM
en
Flooded
branden).
Flooded
Deze modus (zomermodus) wordt voor loodaccu’s (14,4 V/4,5 A) bij een normaal tempe-
ratuurbereik toegepast.
6V 1A
In de 6V-motorfietsmodus worden lood-accu’s tot 7,2 V tot een capaciteit van 24 Ah op
-
geladen.
12V 1A
In de 12V-motorfietsmodus worden lood-accu’s tot 14,4 V tot een capaciteit van 120 Ah
opgeladen.
POWER
De indicatie-led toont de stroomvoorziening van de oplader en stand-by aan.
8. Montage en bevestiging
U kunt de oplader op een vlakke ondergrond plaatsen of met behulp van een bevestigingslussen aan de behuizing op
een geschikte plaats, zoals bijvoorbeeld wanden, werkbanken e.d. eventueel permanent vastschroeven. Monteer de
oplader met de bevestigingslussen met passende schroeven (niet inbegrepen) op een stabiele ondergrond.
Let erop dat tijdens het boren van de montagegaten resp. tijdens het vastschroeven geen kabels of leidin-
gen (ook waterleidingen) worden beschadigd.
• Verwijder vóór het monteren alle aangesloten apparaten en de accu.
Let erop, dat zich een stopcontact voor het aansluiten aan het stroomnet in de buurt van de installatieplaats
bevindt.
Ga als volgt te werk als u de oplader wilt vastschroeven:
• Gebruik de oplader als sjabloon in de voor de bevestiging gewenste positie. Lijn indien nodig uit met behulp van
een waterpas.
