708D
2019-03
Gebruik
10
NL
Leun voorover om uw zwaartepunt naar voor te verplaatsen. Zo kan de stabiliteit
beter behouden blijven.
1.
Bevestig de veiligheidsgordel, als de rolstoel hiermee uitgerust is.
2.
Neem geen te steile helling. De maximale hoek bergop en bergaf
staat in §5.
3.
Vraag een begeleider om u te helpen de helling te nemen.
4.
Buig lichtjes voorover om uw zwaartepunt naar voren te
verplaatsen.
2.11
Nemen van hindernissen (trottoirs)
2.11.1
Afrijden van trottoirs
Kantelgevaar - Indien u uw rolstoel onvoldoende beheerst, vraag
hulp van een begeleider
.
Het afrijden van een laag trottoir kan voorwaarts gedaan worden. Let
hierbij op dat de voetsteunen de grond niet raken. Het afrijden van
lage trottoirs kan door een geoefend gebruiker zelf gedaan worden:
1.
Breng de balans op de achterwielen om de druk op de
voorwielen te verminderen.
2.
Neem de hindernis.
Hogere trottoirs kunnen met een begeleider voorwaarts genomen worden:
1.
Laat de begeleider de rolstoel lichtjes naar achter kantelen.
2.
Rijd op de achterwielen het trottoir af.
3.
Zet de rolstoel terug op de vier wielen.
Een geoefend gebruiker kan een hoger trottoir zelf afrijden. Dit kan het best achterwaarts
gedaan worden.
1.
Draai u met de achterwielen naar het trottoir toe.
2.
Leun voorover om het zwaartepunt naar de voorkant van de
rolstoel te verplaatsen.
3.
Breng de rolstoel naar de rand van de hindernis.
4.
Gebruik de hoepels om uw rolstoel gecontroleerd van
het trottoir af te rollen.
2.11.2
Oprijden van trottoirs
Kantelgevaar - Indien u uw rolstoel onvoldoende beheerst, vraag
hulp van een begeleider
.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING