VTSSC75
V. 04
–
17/08/2015
10
©Velleman nv
8.
Bediening
Raadpleeg de afbeeldingen op pagina 2 van deze handleiding.
Controleer of de werkspanning van het toestel identiek is aan die van de stroomvoorziening.
8.1
Algemeen
1.
Zorg ervoor dat het station is uitgeschakeld (aan-uitschakelaar
[5]
staat
op “0”).
2.
Steek de stekker in een geschikt stopcontact.
3.
Sluit indien nodig een antistatische armband aan de aardingsaansluiting
[6]
onderaan het toestel.
8.2
Instellen van de parameters
1.
Schakel het station in
[5]
.
2.
Houd SET
[2]
gedurende minstens 5 seconden ingedrukt tot “—
—
—” op de display knippert. Geef
het paswoord (het standaard paswoord is “010”) in met
▲
[4]
en druk op SET
[2]
om het
instelmenu weer te geven. Bij het invoeren van een ongeldig paswoord keert u terug naar de
normale werkmodus (temperatuurindicator).
In het instelmenu geeft de display “F
-
0” weer.
3.
Selecteer de modus met
▲
[4]
of
▼
[3]
. Na 15 seconden keert het station terug naar de normale
werkmodus.
o
F-0
: het menu verlaten
Druk op SET
[2]
als “F
-
0” op de display verschijnt om het instelmenu te verlaten. U keert terug
naar de normale werkmodus.
o
F-1
: beveiliging met paswoord
Wanneer de paswoordmodus ingeschakeld is, kunt u de temperatuursinstelling niet wijzigen
zonder eerst het paswoord in te voeren.
Druk op SET
[2]
als “F
-
1” op de display verschijnt om het paswoordmenu weer te geven.
Selecteer nu 000 (paswoord uitgeschakeld) of 100 (paswoord ingeschakeld) met
▲
[4]
of
▼
[3]
. Druk opnieuw op SET
[2]
om naar het instelmenu
o
F-2
: temperatuurcorrectie
Als de weergegeven temperatuur afwijkt van de reële temperatuur van de punt, kunt u de
weergave hier ijken.
Druk op SET
[2]
als “F
-
2” op de display verschijnt om het instelmenu voor de
temperatuurcorrectie weer te geven. Geef de correctiefactor in (
–
99 °C ~ +99 °C;
–
210 °F ~
+210 °F)met
▲
[4]
of
▼
[3]
.Voorbeeld: weergegeven temperatuur = 300 °C, reële
temperatuur van de punt = 290 °C, voeg 10 °C toe aan de huidige correctiefactor. Is de huidige
correctiefactor 00, wijzig die dan in 10. Is de huidige correctiefactor
–
20, wijzig die dan in
–
10.
Is de huidige correctiefactor 20, wijzig die dan in 30.
Een negatieve waarde wordt aangeduid met een minteken. Druk op SET
[2]
om naar het
algemeen instelmenu terug te keren.
o
F-3
: temperatuureenheid selecteren
Druk op SET
[2]
als “F
-
3” op de display verschijnt om de instelling voor de temperatuureenheid
weer te geven. Kies nu de eenheid (°C of °F ) met
▲
[4]
of
▼
[3]
. Druk op SET
[2]
om naar
het algemeen instelmenu terug te keren.
8.3
Solderen
Belangrijke opmerking:
Bij het solderen mag u geen temperaturen gebruiken die de 410 °C (770 °F)
overschrijden. U kunt het toestel wel kortstondig gebruiken bij hogere temperaturen, maar dit verkort de
levensduur van de soldeerpunt.
Opgelet:
Om brandwonden te vermijden mag u de metalen delen van de soldeerbout niet aanraken
tijdens gebruik of wanneer ze aan het afkoelen zijn.
1.
Zet de aan-uitschakelaar
[5]
op “1”.
2.
Druk op
▲
[4]
tot de display
[1]
de waarde 250 °C (of 482 °F) weergeeft. De eenheid
[B]
wordt
weergegeven naast de temperatuur
[A]
.
Opmerking:
Om de weegegeven eenheid te wijzigen, zie
Parameters instellen
hierboven.
3.
Wacht totdat de temperatuurmeting stabiel is: de opwarmingsindicator
[C]
knippert.
4.
Vertin het oppervlak van de soldeerpunt door een nieuw beschermend laagje soldeer aan te
brengen.
5.
Wanneer u werkt met een nieuwe stiftpunt, laat het station eerst opwarmen tot 250 °C (482 °F) en
laat het zo gedurende een drietal minuten staan zonder te gebruiken.
Содержание VTSSC75
Страница 2: ...VTSSC75 V 04 17 08 2015 2 Velleman nv ...