AT 300 series
40.020.933 - rev. 04 - 2011
7
Nederlands
branderschaal op temperatuur is, schakelt de
pompthermostaat de brandstofpomp in; de
controlamp gaat branden. De brandstofpomp
pompt de afvalolie op de branderschaal. De
afvalolie verdampt door de temperatuur van
de branderschaal. De gevormde gasdamp
verbrandt.
De pompthermostaat schakelt de
brandstofpomp uit als de kachel te heet
wordt.
De brandstofpomp wordt uitgeschakeld als
de kachel wordt uitgeschakeld.
De brandstoftoevoer heeft een overloop
waardoor bij een verstopte brandstofleiding
de afvalolie terugvloeit in de brandstoftank.
Een overloopbeveiliging schakelt de
brandstofpomp uit als de branderschaal
overloopt.
2.3
Werkingsprincipe AT 307
De stationaire afvaloliegestookte kachel is
uitgevoerd met drie elektromotoren.
De eerste elektromotor drijft een
branstofpomp aan, die de brandstof uit de
brandstoftank oppompt.
De tweede elektromotor drijft de
verbrandingslucht-ventilator aan, die de
verbrandingslucht in de verbrandingskamer
blaast.
De derde elektromotor drijft de warmelucht-
ventilator aan, die de warme lucht rond de
verbrandingskamer wegtrekt. De verwarmde
lucht wordt in de te verwarmen ruimte
geblazen.
Op een branderschaal wordt handmatig
dieselolie gegoten, die met een brandende
papierprop wordt ontstoken. Zodra de
branderschaal op temperatuur is, schakelt de
pompthermostaat de brandstofpomp in; de
controlamp gaat branden. De brandstofpomp
pompt de afvalolie op de branderschaal. De
afvalolie verdampt door de temperatuur van
de branderschaal. De gevormde gasdamp
verbrandt.
De maximaalthermostaat schakelt de
brandstofpomp uit als de kachel te heet wordt
door een storing.
De brandstofpomp wordt uitgeschakeld als
de kachel wordt uitgeschakeld.
De ventilatorthermostaat schakelt de motor
van de warmeluchtventilator in, waardoor de
warme lucht uit de kachel in de te verwarmen
omgeving geblazen wordt.
De warmeluchtventilator draait tot de
ventilatorthermostaat de ventilator
uitschakelt: hierdoor wordt de kachel
gekoeld.
De brandstoftoevoer heeft een overloop
waardoor bij een verstopte brandstofleiding
de afvalolie terugvloeit in de brandstoftank.
Een overloopbeveiliging schakelt de
brandstofpomp uit als de branderschaal
overloopt.
2.4
Hoofdcomponenten stationaire
afvaloliegestookte kachel (fig. 3)
A Deksel
B Schoorsteenaansluiting
C Brander
D Aansluiting voor warmeluchtventilator
(optie voor AT 306)
E Identificatie plaatje
F
Brandstoffilter
G Schakelkastje
H Brandstoftank
I
Brandstofpomp
J
Aftapkraan
K Vulfilter
L
Brandstofopvoerpijp
M Retourleiding
N Inspectieluikje
O Brandstoftoevoerpijp
P Voor AT 307:
Warmteverdeler met ventilator
Q Voor AT 307:
Maximaal thermostaat
2.5
Hoofdcomponenten brander AT
306 (fig. 4)
A Deksel verbrandingskamer
B Branderkamer
C Cilinder nabrander
D Bovenring
E Draagring
F
Branderschaal