22
(126)
Instellingen
De uitvoercorrectiefunctie (LAPC) gebruiken
Het uitvoersignaal van de versterker
meten en de uitvoer ervan
corrigeren (LAPC)
■
Voorbereiding
•
Koppel de hoofdtelefoon los.
Tijdens meting uitgezonden testtoon
Om te zorgen voor een nauwkeurige meting,
laat de luidsprekeruitvoer op regelmatige
tijdstippen een testtoon horen. (Ongeveer
3 minuten)
Het is niet mogelijk het volume van de
uitgevoerde audio te veranderen terwijl de
meting bezig is.
1 Zet de aan-/uitknop van het toestel in
de [
]-positie.
2 Houd [LAPC] ingedrukt tot “Please
Wait” wordt weergegeven.
“LAPC Measuring” wordt weergegeven en dit
toestel start de meting van het uitvoersignaal
van de versterker. Controleer of zowel de
linker- als rechterluidspreker een testtoon laat
horen.
Als de meting voltooid is, zal de correctie
van de versterker-uitgang automatisch
ingeschakeld worden.
•
Als u een hoofdtelefoon aansluit tijdens de
meting van het signaal van een versterker
of een correctie van de uitvoer van een
versterker, dan wordt deze handeling
geannuleerd.
Opmerking
•
De correctiefunctie voor uitvoer kan worden
ingesteld voor “A”, “B” of “A+B” van
“SPEAKERS”. (De correctiefunctie voor uitvoer
is niet beschikbaar indien de instelling “Off” is.)
•
De meting van het versterkersignaal wordt
geannuleerd in de volgende situaties:
-
U drukt op [MUTE]/[LAPC]
-
De invoerbron wordt gewijzigd
■
In-/uitschakelen van de
uitgangscorrectiefunctie
Druk op [LAPC] om “On”/“Off” te
selecteren.
•
De LAPC-indicatorlampjes en “LAPC :
On” worden weergegeven terwijl de
uitvoercorrectiefunctie bezig is.
Opmerking
•
De meting is niet beschikbaar voor het audio-
uitgangssignaal uit de REC OUT/PRE OUT-
aansluitingen van dit toestel. (
19)
•
Al naargelang het type aangesloten
luidsprekers, zal het effect van de
uitgangscorrectiefunctie minimaal zijn.
•
De gecorrigeerde uitvoer blijft van kracht tot u
het uitvoersignaal opnieuw meet. Wanneer u
andere luidsprekers gebruikt, voert u de meting
opnieuw uit.
•
Wanneer “REC OUT” ingesteld is op “On”, is het
mogelijk dat “LAPC” uitgeschakeld is.
Direct-modus
Dat zorgt voor een getrouwe en hoogwaardige
reproductie van het originele geluid en annuleert
de instelling van de toonregeling.
•
De standaardfabrieksinstelling is “Off”.
Druk op [DIRECT] om “On”/“Off” te
selecteren.
•
Stel dit in op “On” om de modus in te
schakelen.
•
Wanneer u op [BASS]/[MID]/[TREBLE] drukt,
wordt de direct-modus geannuleerd en wordt
“Tone Control” ingesteld op “On” (
20)
U kunt optimaal afstellen volgens uw eigen luidsprekers.