38
39
NL
Inbegrepen bij de levering - inbouw
(afb� 3�1)
Inbegrepen bij de levering - opbouw
(afb� 3�2)
Overzicht apparaat (afb� 3�3)
Belastingsmodule opbouw
Belastingsmodule inbouw
Designplaat rond of hoekig
Sensormodule
Afmetingen product
Plafond-/wandmontage op-/inbouw
(afb� 3�4)
4� Elektrische installatie
De stroomtoevoer bestaat uit een 3-polige kabel:
= fase (meestal zwart, bruin of grijs)
= nuldraad (meestal blauw)
= aarde (groen/geel)
Aansluitvoorbeeld (afb� 4�1)
– Opbouwvariant
Bij beschadiging van de afdichtingsdopjes dient u de openingen voor de kabeldoor-
voer met een dubbele membraanmof M16 resp. M20 (min. IP54) af te dichten.
Voor de wandmontage is naast de afdichtingsdopjes ook een condenswatergat aan-
geduid (Ø 5 mm boor). Dit moet bij behoefte geopend worden.
(afb� 5�3)
Voor de montage van de HF 3360 DALI is optioneel een hoekwandhouder verkrijg-
baar. (art.nr. 035174 wit).
Master/slave (afb� 4�2)
De HF 3360 DALI is geschikt voor gebruik in master-slave-netwerken. Hierbij is de
DALI-sensor de master en de LiveLink-sensor de slave.
In de master-/slavemodus is het mogelijk om ook grote ruimtes te bewaken (last aan-
gesloten = master, geen last = slave). De beoordeling van de lichtsterkte in de ruimte
wordt alleen door de master gedaan. De slaves melden de bewegingsregistratie aan
de master. Het schakelen van de verlichting gaat uitsluitend via de master.
Er kunnen max. 30 deelnemers worden aangesloten.
5� Montage
• Alle onderdelen controleren op beschadigingen.
• Neem het product bij beschadigingen niet in gebruik.
• Kies een passende montageplaats; houd hierbij rekening met de reikwijdte en de
bewegingsregistratie.
Montagestappen
Wandmontage inbouw (afb� 5�1)
Plafondmontage inbouw (afb� 5�2)
Wandmontage opbouw (afb� 5�3)
Plafondmontage opbouw (afb� 5�4)
• Stroomtoevoer uitschakelen.
• Sensormodule scheiden van de designplaat.
• Sensormodule scheiden van de belastingsmodule.
• Netaansluiting maken.
- opbouwvariant
(afb�
5�5)
- inbouwvariant
(afb� 5�6)
• Bevestigingsschroeven plaatsen en de belastingsmodule monteren.
• Sensor- en belastingsmodule in elkaar steken en vastschroeven.
• Stroomtoevoer inschakelen.
• Functie-instellingen uitvoeren.
(
➔
'6� Werking')
• Designplaat aanbrengen.
6� Werking/bediening
Fabrieksinstellingen
Schemerinstelling: 1000 lux
Reikwijdte-instelling: ca. 1 m
Tijdinstelling: 5 sec.
Hoofdlicht: 80%
Constante verlichting
Zorgt voor een gelijkblijvende lichtsterkte. Een melder meet het aanwezige daglicht
en schakelt procentueel kunstlicht in om de gewenste lichtsterkte te bereiken. Als het
daglichtpercentage verandert, wordt ook het ingeschakelde kunstlicht aangepast.
Voor het toevoegen van kunstlicht is naast het daglichtpercentage ook de factor
aanwezigheid van invloed.
De regeling van de constante verlichting kan met de RC8-afstandsbediening en met
de Smart Remote geactiveerd/gedeactiveerd worden.