26
Het scherm verdwijnt van/verschijnt niet in het
display.
• De dimmer is ingesteld op "DIM-ON" (pagina 20).
• Het scherm verdwijnt als u op
(OFF)
drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t
Druk op
(OFF)
op het apparaat en houd deze
toets ingedrukt tot het scherm verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 24).
De functie voor automatisch uitschakelen
werkt niet.
Het apparaat is ingeschakeld. De functie voor het
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat het
apparaat is uitgeschakeld.
t
Schakel het apparaat uit.
CD's afspelen
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het apparaat.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 22).
MP3-/WMA-/AAC-bestanden kunnen niet
worden afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-/WMA-/AAC-
indeling en -versie. Voor meer informatie over de discs
en indelingen, gaat u naar de ondersteuningssite.
MP3-/WMA-/AAC-bestanden worden minder
snel afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– discs opgenomen met een ingewikkelde structuur;
– discs die in meerdere sessies zijn opgenomen;
– discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De schermitems rollen niet.
• Bij sommige discs met heel veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "A.SCRL" is ingesteld op "OFF".
t
Stel "A.SCRL-ON" in (pagina 20).
t
Houd
(DSPL)
(SCRL) ingedrukt.
Het geluid verspringt.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t
Installeer het apparaat onder een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets (pagina 6).
Radio-ontvangst
De zenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• De aansluiting is niet juist.
t
Sluit de bedieningskabel van de elektrische
antenne (blauw) of voedingskabel voor
accessoires (rood) aan op de voedingskabel van
de auto-antenneversterker (alleen als uw auto is
uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de
achter- of zijruit).
t
Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
t
Als de automatische antenne niet uitschuift,
controleert u de aansluiting van de
bedieningskabel van de elektrische antenne.
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld.
t
Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "LOCAL-ON" in (pagina 20).
t
Het afstemmen stopt niet bij een zender:
Stel "MONO-ON" in (pagina 20).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t
Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t
Stel "MONO-ON" in (pagina 20).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t
Stel "MONO-OFF" in (pagina 20).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t
Schakel TA uit (pagina 12).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 12).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t
Stem af op een andere zender.
PTY geeft "- - - - - - - -" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.