SKYLOTEC Skytac, Инструкция по эксплуатации, Страница: 241 / 482

MAT-MA-0035_NL SKYTAC Stand:13/02/2018 Pagina 18 van 37
VEILIGHEIDSAANWIJZING
Als het zwenkbereik vergroot (bv. door verbuigen van de inschuifbeveiliging) kan de meeloper uitschuiven
uit het valbeveiligingsprofiel wanneer het wisselstuk weggedraaid is!
LEVENSGEVAAR!
Markering
7.2
De onderste sport van elke ladderuitstap is voorzien van een permanente stempel met de productiegegevens .
8 PRODUCTBESCHRIJVING LADDERVERSTEVIGING zonder dakoverstap
LADDERVERSTEVIGING (zonder dakoverstap) TAC-0180 (afb.10)
Als de ladder of rail meer dan 500 mm uitsteekt, moet een ladderversteviging worden verbonden met
de valbeveiligingsrail.
De ladderversteviging zorgt –k bij een mogelijke val – voor voldoende stabiliteit, wanneer de
klimmende persoon het bovenste uiteinde van de ladder heeftbereikt.
De ladderversteviging moet naar beneden toe tenminste twee bevestigingsbeugels afdekken.
Aan het einde van de klimroute dient een klimstop (TAC-0050 of TAC-0060) te worden gemonteerd
(niet in de levering inbegrepen, moet apart worden besteld).
VEILIGHEIDSAANWIJZING
Bij het verwijderen van de meeloper uit de valbeveiligingsrail, of bij het ontgrendelen van de opvanggordel
van de meeloper, is een aanvullende veiligheidsvoorziening volgens EN 345/355 noodzakelijk, indien er
valgevaar bestaat!
Montage van de ladderversteviging 8.1
8.1.1 Montageset
Ladderversteviging, voorgemonteerd met 2x bevestigingsbeugels
en 1x valbeveiligingsrail van 1,12 m lengte.
De valbeveiligingsrail vormt het einde van het laddersysteem (einde van de klimroute).
8.1.2 Voor montage vereist gereedschap:
1 momentsleutel SW 19
1 momentsleutel afhankelijk van de bevestigingstechniek (BVT)
Boormachines en bevestigingsmaterialen die geschikt zijn voor de gekozen BVT
PSAgA
Voor de montage zijn tenminste 2 personen nodig.
8.1.3 Voormontage
De ladderversteviging wordt volledig gemonteerd geleverd.
8.1.4 Montagehandleiding
Geen vet gebruiken!
De ladderversteviging moet zodanig worden gemonteerd, dat de vangneuzen van de
valbeveiligingsrail naar boven wijzen.
De voorgemonteerde valbeveiligingsrail wordt vastgeschroefd m.b.v. een voegverbinder (TAC-0040)
met twee thermisch verzinkte platte ronde schroeven M12x30-8.8 om een stabiele verbinding te
maken met de daaronder liggende rail. Hierdoor wordt een verplaatsing van de rails voorkomen.
De spleetmaat moet bij 20 °C min 1 mm zijn, maar mag niet max. 3 mm overschrijden.
Per ladderversteviging dienen ten minste 2 bevestigingsbeugels te worden gemonteerd.
Tijdens de montage dient u te voorkomen dat de meeloper eruit schuift aan het bovenste uiteinde
van de valbeveiligingsrail. Maak hiertoe gebruik van een tijdelijk gemonteerde klimstop
(kabelbinders).