25
NL/BE
Uitschakelen:
Zet op het bedieningspaneel
1
de schakelaar
voor het instellen van de temperatuur
3
op
stand 0 om de warmteonderdeken uit te zetten.
De functieweergave
2
wordt uitgeschakeld.
Temperatuur instellen:
De warmteonderdeken wordt snel warm. Stel
eerst de maximale temperatuur (stand 6) in.
Zo wordt de warmteonderdeken het snelst
verwarmd.
Als
de warmteonderdeken gedurende
meerdere uren wordt gebruikt,
raden wij u aan de laagste tempe-
ratuur op het bedienelement
1
in
te stellen om een oververhitting
van het lichaam en dientengevolge
eventuele brandwonden of een warm-
teberoerte te vermijden.
Opslag
GEVAAR VOOR MATERIËLE
SCHADE!
Laat de warmteonder-
deken goed afkoelen voor opslag.
In het andere geval kan materiële schade het
gevolg zijn.
GEVAAR VOOR MATERIËLE
SCHADE!
Leg tijdens de opslag geen
voorwerpen op de warmteonder-
deken om te vermijden dat de warmteonderdeken
scherp geknikt wordt. In het andere geval kan
materiële schade het gevolg zijn.