5 Inbedrijfstelling van een nieuw filterpatroon
5.1 Bepalen van de filtercapaciteit
•
Bepalen van de plaatselijke carbonaathardheid of totale hardheid met behulp van de
test voor de totale hardheid, meegeleverd met uw HYDRIM-unit.
•
Bepalen van de filtercapaciteit met behulp van de capaciteitstabellen (hoofdstuk 7)
rekening houdend met de vastgestelde carbonaat- of totale hardheid en de ingestelde
bypass (hoofdstuk 5.1).
5.2 Spoelen en ontluchten van de filterpatroon
Opmerking:
voor het spoelen/ontluchten is een emmer met een inhoud van minimaal
10 liter nodig.
•
Emmer onder spoelslang plaatsen en spoelventiel
15
openen.
•
Ingangsventiel
6
op toevoerslang
5
openen, daarbij spoelslang in
de emmer vasthouden. Met minimaal 10 liter spoelen.
•
Spoelventiel
15
sluiten en emmer legen.
•
Controleer het systeem op eventuele lekkages.
•
Installatiedatum van het filtersysteem op de drukbehuizing
1
en de
volgende vervangingsdatum op de bijgevoegde sticker noteren en
deze op de servicepas op de drukbehuizing
1
aanbrengen.
6 Vervangen van de filterpatroon
De vervanging van de filterpatroon moet na 6-12 maanden plaatsvinden, uiterlijk echter 12
maanden na de inbedrijfstelling, onafhankelijk van de uitputtingsgraad van de filterpatroon.
Als de capaciteit van de filterpatroon eerder uitgeput is (hoofdstuk 7), moet de vervanging
eerder plaatsvinden.
!
Attentie:
bij het vervangen alle gedemonteerde onderdelen zorgvuldig nakijken!
Defecte onderdelen moeten vervangen worden, verontreinigde delen dienen gereinigd te
worden! Vóór de vervanging de bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften (hoofdstuk 3) in acht
nemen. Na opslag onder 0 °C moet het product in de geopende, originele verpakking min-
stens 24 uur voor de inbedrijfstelling op omgevingstemperatuur van de installatieplaats
worden bewaard.
10 L
33