44
NL
Nederlands
F
GB
D
E
I
P
S
DK
N
FIN
GR
H
CZ
RUS
PL
RO
SLO
TR
HR
SPECIFIEKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
■
Laat de opblaaspomp nooit zonder toezicht achter
met de slang vastgekoppeld aan een voorwerp dat
u wilt opblazen.
■
Gebruik de opblaaspomp niet als er lucht uit de
slang lekt of als het apparaat niet goed werkt.
■
Bedek altijd de luchtinlaat en schakel de
opblaaspomp uit als u een instelling wilt
veranderen of als u het apparaat gaat onderhouden
of opbergen.
■
Trek niet aan de slang om de opblaaspomp te
verplaatsen of te vervoeren.
■
Richt de persluchtstraal nooit op mensen of
dieren. Zorg dat u geen stof of vuil naar uzelf of
naar andere personen blaast.
Zo beperkt u de kans
op ernstig lichamelijk letsel.
■
G e b r u i k d e z e o p b l a a s p o m p n i e t a l s
ademhalingsapparaat.
TECHNISCHE GEGEVENS
Motor 18
V
Lengte van de
hogedrukslang
610 mm
Lengte van de
lagedrukslang 356
mm
Manometer
Digitale display (psi, kg/cm² en bar)
Maximumdruk
150 psi, 10,3 bar, 10,5 kg/cm²
Accupak
(niet bijgeleverd)
BPP-1815M / BPP-1817M
Laadapparaat
(niet bijgeleverd)
BC-1800 / BC-1815S
Gewicht 2,64
kg
VERKLARING
1.
Opbergvak voor de adapters
2. Hogedrukslang
3.
Opbergplaats voor de hogedrukslang
4. Digitale
manometer
5. “Aan”-stand
vergrendelknop
6. Drukschakelaar
7. Noodstopknop
8. Lagedrukslang
9.
Adapter voor ventielen met vervormbare nippel
10. Klein
opblaasmondstuk
11. Accupak
(niet
bijgeleverd)
12. Druk op de vergrendelingen om het accupak los te
maken
13. Vergrendellippen
14. Blokkeren
15. Loszetten
16. Pompnippel
(met
klemhevel)
17. Ventielbuisje
18. Adapter
voor
Presta-ventielen
19. Blokkeermoer
20. Schrader-ventielsleutel
21. Adapter
22. Naald voor het oppompen van ballen
23. Vastzetten
24. Loszetten
25. Inschakel-/resetknop
26. Reservezekering
27. Opbergvak
voor
reservezekering
28. Zekeringhouder
BEDIENING
WAARSCHUWING
Ga niet weg bij de opblaaspomp als u iets aan
het oppompen bent. Het opgepompte voorwerp
zou kunnen springen, wat ernstige verwondingen
kan veroorzaken.
LET OP
De opblaaspomp is niet ontworpen voor
continugebruik. Laat de opblaaspomp altijd
tien minuten afkoelen na de pomp tien minuten
te hebben gebruikt, voordat u verder gaat
oppompen.
WAARSCHUWING
Omdat de weergegeven druk niet gekalibreerd
is, kan de weergegeven waarde onjuist zijn.
Voordat u een voertuig gaat besturen waarvan de
banden zijn opgepompt met deze opblaaspomp,
is het dus noodzakelijk om de bandspanning
t e c o n t r o l e r e n m e t e e n g e k a l i b r e e r d
meetinstrument. Het is gevaarlijk om met een
voertuig te gaan rijden waarvan de banden niet
op de juiste manier zijn opgepompt.
44
NL
Nederlands
F
GB
D
E
I
P
S
DK
N
FIN
GR
H
CZ
RUS
PL
RO
SLO
TR
HR
960001258-01A.indd Sec1:44
960001258-01A.indd Sec1:44
6/14/07 10:31:06 AM
6/14/07 10:31:06 AM