68
Inbedrijfstelling
Lees voor gebruik deze gebruiksaanwijzing met de veiligheidsin-
structies geheel en zorgvuldig door om een correcte inbedrijfstel-
ling te kunnen garanderen.
Mechanische inbouw
Wijzigingen aan het voertuig, die door het inbouwen van de eindtrap
of andere componenten nodig zijn, moeten altijd zo worden uitge-
voerd, dat hierdoor geen beperking van de verkeersveiligheid of
van de constructieve stabiliteit van de auto ontstaat. Bij veel motor-
voertuigen vervalt de wettelijke goedkeuring van een voertuig al
door het uitzagen van een stuk metaal.
Neem contact op met uw autodealer als u twijfelt over de keuze van
de montageplaats.
Omdat de eindtrap in het bedrijf warmte verwekt, moet de inbouw-
plaats hitteongevoelig zijn.
Laat rondom de behuizing een ruimte van 5cm vrij om voldoende
ventilatie rondom het apparaat te verkrijgen. Zorg dat de luchtcircu-
latie niet door voorwerpen zoals tijdschriften, tafelkleden of gordij-
nen wordt beperkt.
Let op dat bij het boren van montagegaten elektrische kabels, rem-
leidingen, brandstoftank enz. niet worden beschadigd.
Neem bij gebruik van gereedschap voor het inbouwen van uw auto-
HiFi-componenten altijd de veiligheidsinstructies van de fabrikant
van het betreffende gereedschap in acht.
Houd bij de montage van de autoluidsprekers resp. uw HiFi-installa-
tie rekening met het gevaar dat bij een ongeluk verwondingen kun-
nen ontstaan door losgerukte apparatuur. Bevestig daarom elk
onderdeel stevig op een plaats waar het geen gevaar vormt voor
inzittenden.
Zoek voor de eindtrap een geschikte inbouwplaats.
Een geschikte montageplaats bezit de volgende kenmerken:
• droog
• naar mogelijkheid stofvrij
• weinig trillingen
• goede luchtciruclatie
• hitteongevoelige omgeving