DRB1492-B
Nl
13
Nederlands
77
Bediening van het MC-gedeelte
Gebruik van een microfoon
1 Schakel [OUTPUT] om
Kies de uitgangsbestemming voor het geluid dat wordt uitgestuurd via het
[
MIC1
] of [
MIC2
]-kanaal.
2 Draai aan [LEVEL] voor het microfoonkanaal
Regelt het niveau van de geluidssignalen die worden uitgestuurd via het
microfoonkanaal.
!
Onthoud dat helemaal naar rechts draaien een enorm hard geluid oplevert.
3 Druk op [MIC1 ON] voor het [MIC1]-kanaal of op [MIC2 ON]
voor het [MIC2]-kanaal
Schakel het microfoonkanaal in. De toets licht groen op.
4 Geluidssignalen doorgeven via de microfoon
Het geluid wordt uitgestuurd naar de uitgangsbestemming die is gekozen bij
stap 1.
!
De piekniveau-aanduiding licht op in verschillende kleuren, overeenkomstig
het niveau van het inkomend geluid.
—
Groen: Toelaatbaar niveau
—
Oranje: Juist niveau
—
Rood: Te luid niveau (verminder de geluidssterkte door de [
LEVEL
] knop
naar links te draaien)
Bijregelen van de geluidskwaliteit
Draai aan [HI], [MID] of [LOW] voor het [MIC1] of [MIC2]-kanaal
Zie
Specificaties
op bladzijde
17
voor het bereik van het geluid dat kan worden
bijgeregeld met elk van deze regelaars.
Gebruik van de microfoon-effectfunctie
1 Druk op [MIC EFFECT (REVERB, ECHO+VERB, OCTAVER of
PITCH)]
Schakel de microfoon-effectfunctie in. De toets gaat blauw knipperen.
!
Het bereikte effect hangt af van de toets.
2 Draai aan [EFFECT]
Toevoegen van een effect aan het geluid dat wordt uitgestuurd via het
microfoonkanaal.
!
Het effect varieert afhankelijk van de draairichting en de stand van [
EFFECT
].
Effectnaam
Beschrijving
REVERB
1
Nagalm toevoegen aan het oorspronkelijke geluid.
ECHO+VERB
1
Nagalm en echo-effect toevoegen aan het oorspronkelijke geluid.
OCTAVER
1
Met 1 octaaf verhoogde en verlaagde geluiden toevoegen aan het
oorspronkelijke geluid.
PITCH
Het muzikaal interval verhogen of verlagen met een bereik van 1
octaaf hoger of lager. Naar rechts of links draaien om het interval met
1 octaaf te verhogen, resp. te verlagen.
1
Hoe verder u naar rechts draait, des te luider zal het effect klinken.
!
Om de microfoon-effectfunctie uit te schakelen, drukt u nogmaals op de knip-
perende [
MIC EFFECT
(
REVERB
,
ECHO+VERB
,
OCTAVER
,
PITCH
)]-toets. De
toets licht blauw op.
Gebruik van de talk-over inspreekfunctie
1 Draaien om het talk-over niveau te regelen
Stel de algemene verzwakking van het geluid in, behalve voor het
microfoonkanaal.
2 Schakel over tussen [NORMAL]/
[ADVANCED]
De verzwakkingsfunctie voor het talk-over inspreken wordt omgeschakeld.
!
Normaal inspreekniveau:
Het geluid dat wordt uitgestuurd via andere kanalen dan het microfoon-
kanaal wordt verzwakt met de gekozen hoeveelheid voor het “talk over”
inspreekniveau.
dB
Frequentie
NORMAL ADVANCED
!
Geavanceerd inspreekniveau:
Alleen het stemgeluid van de weergegeven geluiden via andere kanalen
dan het microfoonkanaal worden verzwakt met de gekozen hoeveelheid
voor het “talk over” inspreekniveau.
dB
Frequentie
NORMAL ADVANCED
3 Druk op [ON/
OFF] voor [TALK OVER]
Schakel de talk-over inspreekfunctie in. De toets licht rood op.
!
Wanneer er geluidssignalen binnenkomen via het microfoonkanaal, wordt het
geluid, behalve dat van het microfoonkanaal, verzwakt volgens de instelling
van de verzwakkingsfunctie en de stand van de regelaar.