De navigatie-eenheid
Stroomsnoer
Opmerking
Wanneer u een achteruitkijkcamera gebruikt,
zorg er dan voor dat deze kabel is aangesloten.
Anders kunt u niet overschakelen op het beeld
van de achteruitkijkcamera.
BELANGRIJK
Gebruik alleen het meegeleverde verlengsnoer. Het gebruik van
een ander verlengsnoer kan leiden tot brand, rook en/of
beschadiging van dit navigatiesysteem.
Verlengsnoer
(voor achteruit-signaal)
Kijk waar het achteruitrijlicht van
uw auto is (het licht dat gaat
branden wanneer de schakelhendel
in de achteruit [R] wordt gezet) en
zoek de draad van het
achteruitrijlicht in de kofferruimte.
Paars/Wit (REVERSEGEAR SIGNAL INPUT)
Via deze draad wordt aan het navigatiesysteem doorgegeven
of de auto vooruit of achteruit rijdt. U dient de paars/witte
draad te verbinden met de draad waarvan de spanning
verandert wanneer de schakelhendel in de achteruit wordt
gezet. Als de sensor niet is aangesloten, kan deze wellicht
niet goed waarnemen of uw voertuig voor- of achteruit rijdt.
De positie van uw voertuig zoals waargenomen door de
sensor kan in dit geval afwijken van de actuele positie.
5 m
Zekeringweerstand
Deze verbinding is niet nodig
voor de AVIC-F710BT.
Draad van
achteruitrijlicht
Aansluitmethode
Klem de draad van het
achteruitrijlicht in de
stekker vast.
Maak de stekkerhelften
met een kabeltang
dicht.
Verlengsnoer
(voor snelheidssignaal)
Aansluitingen
Nl
153
Hoofdstuk
Nederlands
03